Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord
Welke lidwoorden ken je?
1 / 35
suivant
Slide 1:
Question ouverte
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Cette leçon contient
35 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
6 vidéos
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Welke lidwoorden ken je?
Slide 1 - Question ouverte
Lidwoorden
Het Nederlands kent drie lidwoorden:
de
,
het
en
een.
Het lidwoord staat
nooit alleen
in de zin.
Het lidwoord hoort altijd bij een ander woord:
zelfstandig naamwoord.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Wat is een zelfstandig naamwoord?
Slide 4 - Question ouverte
Zelfstandig naamwoord
Een zelfstandig naamwoord is een woord voor iets of iemand.
Denk daarbij aan: mensen, dieren , dingen en planten.
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
Schrijf in 10 seconden zoveel mogelijk zelfstandig naamwoorden op.
Slide 7 - Question ouverte
Wat weet je van het bijvoeglijk naamwoord?
Slide 8 - Question ouverte
Het bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord.
Het bijvoeglijk naamwoord staat tussen het lidwoord en het zelfstandig naamwoord in.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Schrijf binnen 10 seconden zoveel mogelijk bijvoeglijk naamwoorden op
Slide 11 - Question ouverte
Het werkwoord
Een werkwoord is iets wat je doet.
voorbeeld: lopen, fietsen, springen enz.
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
voorzetsels
Slide 14 - Carte mentale
Slide 15 - Vidéo
Oefenen
Je weet nu wat lidwoorden, zelfstandig naamwoorden, bijvoeglijk naamwoorden en werkwoorden zijn.
Ik ben benieuwd of je het nog weet.
Slide 16 - Diapositive
We gaan nu oefenen:
succes!
Slide 17 - Diapositive
De jongen is op de
fiets.
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
werkwoord
Slide 18 - Quiz
Dat is een
gezond
dieet.
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
werkwoord
Slide 19 - Quiz
De grote
olifant
viel op de grond.
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
werkwoord
Slide 20 - Quiz
Wat is het voorzetsel in:
Jan zit op de grote stoel.
A
Jan
B
zit
C
op
D
stoel
Slide 21 - Quiz
Wat is het voorzetsel in:
Ik ga vanmiddag naar de bakker.
A
Ik
B
ga
C
naar
D
bakker
Slide 22 - Quiz
rode (bijvoeglijk naamwoord)
stoel (zelfstandig naamwoord)
praten (werkwoord).
Slide 23 - Question de remorquage
Op de tafel
staat
een brandende kaars.
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
werkwoord
Slide 24 - Quiz
De vork viel met een harde klap op de
stenen
vloer.
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
werkwoord
Slide 25 - Quiz
De baas van het
bedrijf
woont in een villa.
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
werkwoord
Slide 26 - Quiz
De
zware
doos stond in de garage.
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
werkwoord
Slide 27 - Quiz
Hoeveel bijvoeglijke naamwoorden staan er in de zin:
De knappe jongen geeft het lelijke meisje een rode roos.
A
0
B
1
C
2
D
3
Slide 28 - Quiz
Wat zijn de zelfstandig naamwoorden in de zin:
Het broertje volgt een dieet.
A
het
B
broertje
C
volgt
D
dieet
Slide 29 - Quiz
Hoeveel lidwoorden staan er in:
Het huis stond in de brand.
A
0
B
1
C
2
D
3
Slide 30 - Quiz
Hoeveel werkwoorden staan er in:
We lopen en fietsen naar school.
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 31 - Quiz
Typ een zin met een lidwoord, zelfstandig naamwoord, werkwoord en bijvoeglijk naamwoord er in.
Slide 32 - Question ouverte
Wat voor beoordeling geef jij jezelf voor deze les?
A
onvoldoende
B
matig
C
voldoende
D
goed
Slide 33 - Quiz
Dit was het einde van de les.
We sluiten af met een grappig filmpje.
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Vidéo
Plus de leçons comme celle-ci
lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord
Juillet 2023
- Leçon avec
39 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord
Janvier 2021
- Leçon avec
24 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord
Juin 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Oefentoets taalverzorging mh1
Février 2023
- Leçon avec
35 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Via Vervolg 1F Deel A Thema 1 H2 Spelling en grammatica
Août 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordsoorten herhaling groep 6
Novembre 2024
- Leçon avec
31 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 6
L3 Taalbeschouwing: woordleer
Janvier 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Woordsoorten
Mai 2022
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1-3