Improvisatie - kleihoofd/expressionisme/emotie

• Kunst
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Welke emoties ken je?
Noem er drie.

   Bespreek de uitkomsten van de opdracht in de klas:

   1 - Welke emoties kon je herkennen?

   2 - Op welke manier heeft de kunstenaar 

         ze verbeeld?

  Leer de kenmerken 

van het expressionisme herkennen.

Weinig en / of grove details

Vergelijk

Benoem de kenmerken

Sleep de begrippen naar de juiste afbeelding

Sporen van materiaalbewerking

Ruwe textuur

Gladde textuur

Realistisch

Geabstraheerd

Fijne details

Grove details

Geen sporen van materiaalbewerking

Aan de slag!

Opdracht:  improviseren met klei

- Werk in groepjes van drie.

- Besluit samen welke 3 emoties je wilt uitbeelden.     

   (b.v. vrolijk, bedroefd, verbaasd, triomfantelijk,  angstig,                       schuchter, verliefd, woedend etc.)

- Maak van ieder portret  een goede foto en upload       

   alle 3 foto’s in je OneNote.

- Tijd: maximaal 20 minuten per portret 

Maak 3 expressionistische portretten van klei.

Hoe ga je samen improviseren met klei?

1 - Je improviseert samen 

     met twee andere leerlingen.

2- Je boetseert een portret van klei 

     dat je niet van tevoren bedenkt, 

     maar dat langzaam door de inbreng 

     van alle groepsleden tot stand komt.

   

 

   Let op: Improviseren is een speciale 

               vorm van samenwerken!

   Waarom zou je dat willen doen?

 

   1- Het is een boost voor je creativiteit.

   2- Je mag spontaan en gedurfd te werk gaan.

   3- Je oefent om je flexibel en meewerkend 

     op te stellen.

   Bovendien kun je plezier hebben en de tijd voorbij     zien vliegen.

 

3 -  Je gebruikt      

    Klei 

    Boetseerspatels 

     4- Hoe ga je precies te werk? 

      Een portret ontstaat doordat elke leerling om de beurt 

      een klein stukje klei eraan toevoegt 

      of een kleine verandering aanbrengt.  

1. Leerling

2. Leerling

3. Leerling

1. Leerling

2. Leerling...

Spreek met elkaar een emotie af voor het hoofd.

Kijkt goed naar wat de anderen doen. 

Soms ga je mee met het idee van een ander of maak je zijn inbreng af. 

Soms begin je met iets waarop de ander gaat voortborduren.

1. Leerling

2. Leerling

3. Leerling

2. Leerling

Zorg ervoor dat uiteindelijk een sluitend geheel ontstaat.

Je besluit samen wanneer het werk af is.  

1. Leerling

2. Leerling

3. Leerling

enzovoort

5 - Elke keer accepteer 

      je de inbreng van een

      ander door “Ja” te denken.

     . 

     Vervolgens ga je met

     “en...”  iets eigens 

      eraan toevoegen. 

6 - Wissel steeds snel af met je groepsleden.

      Doe niet langer dan 15 seconden over je inbreng.

7 - Wees spontaan. 

     Iets ongewoons proberen is prima!

 

 Iedere inbreng is goed!

Laat kritiek en correcties  achterwege. 

 

Zie je iets geks of ging iets niet zoals je wilde?

Laat het dan zoals het is en bedenk hoe

 je daarmee verder kunt.

8  - 

9 - Respecteer en ondersteun elkaar.  

2 - De voet omvouwen.

1 - Een figuur kiezen 

     en uitknippen.

Als je klaar bent met een portret: 
Neem een goede foto daarvan. Upload in OneNote. 

Hergebruik daarna de klei voor het volgende portret.

5 minuten per groep. 

1- Presenteer de

     foto's van alle 

     3 portretten aan

     een andere groep.

 

2- Reflecteer en evalueer 

    Samenwerking en maakproces:

  - Wat vond je makkelijk?

    Waarom?

  - Wat vond je spannend? 

    Waarom?

  - Wat ging goed?                                           Waardoor kwam dat?

  - Wat had nog beter gekund?         

    Wat was daarvoor nodig  geweest?      

Alleen voor de docent

Het volgende voorbeeldfilmpje laat het proces van het improviseren zien.

De volgende slides

laten resultaten uit een havo 3 klas zien.

1 - Het is te zien dat de drie portretten gemaakt zijn van klei.

2 - De portretten zijn tot stand gekomen doordat de

     leerlingen snel afwisselend kleine bijdragen                                                hebben geleverd. De docent kon dit observeren.

3 - Het is te zien dat de groep tot een sluitend geheel is                                 gekomen: een portret dat duidelijk een emotie uitdrukt 

     en kenmerken van expressionistische kunst laat zien.

Criteria voor een formatieve evaluatie door de docent