Vergelijk de antwoorden met je klasgenoten en schrijf op wat je anders gaat doen de volgende keer.
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5
Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Verhaalanalyse bij 'De eerlijke vinder'
Beantwoord de vragen alleen in je schrift.
Vergelijk de antwoorden met je klasgenoten en schrijf op wat je anders gaat doen de volgende keer.
Slide 1 - Diapositive
De schrijver brengt spanning in het verhaal door informatie achter te houden. Dit zijn open plekken. Noem een open plek die van belang is voor het verhaal. Leg uit waarom het een belangrijke open plek is.
"Een leidmotief is een situatie, handeling, kleur, getal, voorwerp of woord die/dat van zichzelf niet een symbolische betekenis heeft, maar die wel krijgt door nadrukkelijke herhaling in het verhaal." Noem een mogelijk leidmotief uit 'De eerlijke vinder' en leg uit waarom het een leidmotief zou kunnen zijn.
Noem een karaktereigenschap van de hoofdpersoon. Leg uit en geef een voorbeeld.
Schrijf op wat de plotwending is.
Welke plaatsen in het verhaal hebben een symbolische betekenis en wat zegt de plaats dan over Jimmy of over het verhaal?
Beantwoord de vragen individueel in je schrift.
Klaar of loop je vast? Lees in 'De eerlijke vinder'.
Slide 2 - Diapositive
De schrijver brengt spanning in het verhaal door informatie achter te houden. Dit zijn open plekken. Noem een open plek die van belang is voor het verhaal. Leg uit waarom het een belangrijke open plek is.
Slide 3 - Question ouverte
"Een leidmotief is een situatie, handeling, kleur, getal, voorwerp of woord die/dat van zichzelf niet een symbolische betekenis heeft, maar die wel krijgt door nadrukkelijke herhaling in het verhaal." Noem een mogelijk leidmotief uit 'De eerlijke vinder' en leg uit waarom het een leidmotief zou kunnen zijn.
Slide 4 - Question ouverte
Noem een karaktereigenschap van de hoofdpersoon. Leg uit en geef een voorbeeld.
Slide 5 - Question ouverte
Schrijf op wat de plotwending is.
Slide 6 - Question ouverte
Welke plaatsen in het verhaal hebben een symbolische betekenis en wat zegt de plaats dan over Jimmy of over het verhaal?
Slide 7 - Question ouverte
Verhaalanalyse bij je leeskringboek
Beantwoord de vragen alleen in je schrift.
Schrijf een groepsantwoord op in je schrift.
Vergelijk de antwoorden met je klasgenoten en schrijf op wat je anders gaat doen de volgende keer.
Slide 8 - Diapositive
De schrijver brengt spanning in het verhaal door informatie achter te houden. Dit zijn open plekken. Noem een open plek die van belang is voor het verhaal. Leg uit waarom het een belangrijke open plek is.
"Een leidmotief is een situatie, handeling, kleur, getal, voorwerp of woord die/dat van zichzelf niet een symbolische betekenis heeft, maar die wel krijgt door nadrukkelijke herhaling in het verhaal." Noem een mogelijk leidmotief uit jouw boek en leg uit waarom het een leidmotief zou kunnen zijn.
Noem een karaktereigenschap van de hoofdpersoon. Leg uit en geef een voorbeeld.
Beantwoord de vragen individueel in je schrift.
Klaar? Lees in je boek.
Slide 9 - Diapositive
De schrijver brengt spanning in het verhaal door informatie achter te houden. Dit zijn open plekken. Noem een open plek die van belang is voor het verhaal. Leg uit waarom het een belangrijke open plek is.
Slide 10 - Question ouverte
"Een leidmotief is een situatie, handeling, kleur, getal, voorwerp of woord die/dat van zichzelf niet een symbolische betekenis heeft, maar die wel krijgt door nadrukkelijke herhaling in het verhaal." Noem een mogelijk leidmotief uit jouw boek en leg uit waarom het een leidmotief zou kunnen zijn.
Slide 11 - Question ouverte
Noem een karaktereigenschap van de hoofdpersoon. Leg uit en geef een voorbeeld.
Slide 12 - Question ouverte
Waar ga jij de volgende keer op letten? Geef een concreet antwoord.
Slide 13 - Question ouverte
De eerlijke vinder
Beantwoord de vragen.
"Een leidmotief is een situatie, handeling, kleur, getal, voorwerp of woord die/dat van zichzelf niet een symbolische betekenis heeft, maar die wel krijgt door nadrukkelijke herhaling in het verhaal." Noem een leidmotief en leg uit waarom het een leidmotief zou kunnen zijn.
Waar verwijst de titel naar? Wat zegt dit over het karakter van Jimmy?
Noem een motief in het verhaal. Leg uit waarom het een motief is en geef een voorbeeld.
Pak nu de lesbrief erbij en maak de vragen. Lees eerst verder als je vastloopt.
Slide 14 - Diapositive
"Een leidmotief is een situatie, handeling, kleur, getal, voorwerp of woord die/dat van zichzelf niet een symbolische betekenis heeft, maar die wel krijgt door nadrukkelijke herhaling in het verhaal." Noem een leidmotief en leg uit waarom het een leidmotief zou kunnen zijn.
Slide 15 - Question ouverte
Waar verwijst de titel naar? Wat zegt dit over het karakter van Jimmy?
Slide 16 - Question ouverte
Noem een motief in het verhaal. Leg uit waarom het een motief is en geef een voorbeeld.
Slide 17 - Question ouverte
Vraag lesbrief.
Slide 18 - Question ouverte
Waar ga jij de volgende keer op letten? Geef een concreet antwoord.
Slide 19 - Question ouverte
Verhaalanalyse 'Het smelt'
4b Wat is jouw eerste indruk van de hoofdpersoon? Kies twee steekwoorden en licht je antwoorden toe met een voorbeeld: beschadigd – dromerig – eenzaam – familieziek – rustig – wraakzuchtig
5b Geef een voorbeeld van een flashback uit tekst 1, 2 of 3.
7 De dood’ is een belangrijk motief in Het smelt. Leg uit en geef een voorbeeld.
Slide 20 - Diapositive
4b Wat is jouw eerste indruk van de hoofdpersoon? Kies twee steekwoorden en licht je antwoorden toe met een voorbeeld: beschadigd – dromerig – eenzaam – familieziek – rustig – wraakzuchtig
Slide 21 - Question ouverte
5b Geef een voorbeeld van een flashback uit tekst 1, 2 of 3.
Slide 22 - Question ouverte
7 De dood’ is een belangrijk motief in Het smelt. Leg uit en geef een voorbeeld.
Slide 23 - Question ouverte
Wat is een belangrijke open plek in dit verhaal? Waarom is het waarschijnlijk belangrijk? Geef een voorbeeld uit de tekst.
Slide 24 - Question ouverte
Zelfstandig werken: maak een keuze
Ik maak de oefentoets af en kijk de toets na.
Ik maak de tweede oefentoets.
Ik pas de literaire begrippen toe op mijn leeskringboek (met behulp van Google/Chat GPT.
Ik lees in mijn boek.
Ik kijk filmpjes over de literaire begrippen of ik zoek er meer informatie over op.