3.2 Samenleving en cultuur (les 1)

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Arm en rijk

Arm en rijk

Het Romeinse rijk was een landbouwstedelijke samenleving. Er waren steden, maar de meeste mensen woonden op het platteland. 

Wat houdt een landbouwstedelijke samenleving in?

1. Dat veel mensen in steden wonen en weinig mensen op het platteland.
2. Dat weinig mensen in steden wonen en veel mensen op het platteland.
3. Dat iedereen in een stad woont.
4. Dat iedereen op het platteland woont.

Arm en rijk

Vanaf de 3e eeuw v.C. verhuisden veel arme boeren naar de stad. Ze verkochten hun grond aan rijke families die op die manier steeds meer grond in bezit kregen.

Arm en rijk

In de stad Rome waren grote sociale verschillen. 

Rijke mensen hadden een goed leven in hun luxe woningen.

Arme mensen leefden in lemen hutjes. Mensen die het iets beter hadden woonden in flatgebouwen.

Stelling 1: Er woonden in de Oudheid meer rijke mensen dan arme mensen in Rome.

1. juist
2. onjuist

Arm en rijk

Een op de tien inwoners van het rijk was slaaf. Dit waren vaak krijgsgevangenen. De slaven werkten op landbouwbedrijven, in werkplaatsen, mijnen of als gladiator. 

Stelling 2: Rijke mensen hadden in de Oudheid vaak slaven in dienst.

1. juist
2. onjuist

In hoeverre heb je de uitleg van vandaag begrepen?

😒🙁😐🙂😃

Huiswerk

Lees paragraaf 3.2. 

Beantwoord de leervraag 'Welke sociale verschillen waren in het rijk?'. 

Maak opdrachten 1 t/m 3.