Hfst 4.1 Fictie

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Welkom! 

Pak je vraag erbij

Pak je leesboek en start met lezen

Wil je een boek ruilen... onderste plank in het midden staan de makkelijke/leuke boeken. 

Wat is jouw vraag? En jouw antwoord?

Lesopbouw:

Absentie

Hfst overzicht

Herhaling vorige les

Doel en uitleg deze les

Maken en bespreken opdrachten

Afsluiting

Hfst overzicht: Vol Spanning

Les 1: Fictie

Les 2: Gedicht

Les 3: Lezen

Les 4: Schrijven en formuleren

Les 5: Woorden

 

Daarna Toets Thema 4

Les 6: Spreken, kijken en luisteren

Les 7: Grammatica

Les 8: Spelling: 

Les 9 Media en onderzoek

Nieuw thema: Vrij spel

Waar denk jij aan bij: vrij spel???

Vrij spel

Nieuw thema: Vrij spel

Lezen intro thema 4. 

Doel les: 4.1 Fictie

Ik weet wat spanning in een boek is. 

Ik weet wat spanningsvragen zijn. 

Maak opdracht 1 en 2. 

Doel les: 4.1 Fictie

Ik weet wat spanning in een boek is. 

Ik weet wat spanningsvragen zijn. 

We gaan naar Malmberg. Thema 4.1 fictie opdracht 3. 

Luister met oortjes in naar het verhaal. 

Wil je weten waarom Zwaan (de ik) een dreigbrief krijgt?

Ja

Nee

Wil je weten wie de schrijver is van de dreigbrief?

Ja

Nee

Wil je weten wat het geheim is van Zwaan?

Ja

Nee

Krijg je in de tekst antwoord op de vorige vragen?

Ja

Nee

Wat zou je kunnen doen om het antwoord op de vragen te weten te komen.

Verder lezen

het boek wegleggen

Wat is de titel?

Vind jij dat de titel spanning oproept?

Leertekst Spanning

Een verhaal heeft spanning als je nieuwsgierig bent naar het vervolg en de afloop van het verhaal. 

Een spannend verhaal roept vragen bij je op. Voorbeelden: 

• Zal de hoofdpersoon verkering durven te vragen?
• Zal het lukken om van die pestkoppen af te komen?

Vul de woorden in:
Een verhaal heeft spanning als je nieuwsgierig bent naar het .............. en ................ van het verhaal.

Waarom denk je dat je niet meteen antwoorden krijgt op de vragen??

Doel les: 4.1 Fictie

Ik weet wat spanning in een boek is. 

Ik weet wat spanningsvragen zijn. 

We gaan naar Malmberg. Thema 4.1 fictie opdracht 6

Luister met oortjes in naar het verhaal. 

Maak opdracht 6, 7, 8 en 9.

Doel les: 4.1 Fictie

Ik weet wat spanning in een boek is. 

Ik weet wat spanningsvragen zijn. 

Wanneer vind jij iets spannend?

Bedankt voor jullie aandacht!