Schalen en kaarten GK

• Wiskun
• MBO
• Studiejaar 2

Rekenen met schaal

Planning

Leerdoelen

• De student kan een plattegrond analyseren en hieruit halen wat de schaal is.
  
• De student kan de schaal berekenen en dit weer toepassen op een afbeelding.
  
• De student begrijpt het begrip “vergrotingsfactor” en kan uitleggen wat dit inhoudt.
  

Rekenen met schaal

Een tekening op schaal 1 : 50 is in verkleinde weergave van de werkelijkheid allee maten zijn in werkelijkheid 50 keer zo groot. De "vergrotingsfactor" is in dit geval 50.

BIJ HET REKENEN MET SCHAAL MOET JE ALTIJD MET DEZELFDE EENHEDEN REKENEN.

Schaal 1 : 100 betekent: 1 cm in de tekening is 100 cm in werkelijkheid

Voorbeeld

Als je de afstand of een lengte in werkelijkheid weet, dan kun je de schaal uitrekenen.

Bijvoorbeeld:

De afstand van de metro bij het CS naar de Dam is in werkelijkheid 660 m. 

Wat is de schaal van de kaart?

• STAP 1: Meet met je liniaal de afstand op de kaart, bijv. 6 cm.
  
• STAP 2: 6 : 660 m, dit betekent 6 : 66.000 cm. :6
  
• STAP 3: Vereenvoudig de schaal naar 1 cm.
  
• STAP 4: Dus 1 : 11.000
  

Schaal berekenen

Deze kaart van Den Bosch in Noord-Brabant is getekend op schaal 1 : 14.000

De afstand tussen A en B is op de kaart 8 cm. Wat is de afstand tussen A en B in werkelijkheid?

Vul hier je antwoord vorige slide.

Schaal berekenen

Deze kaart van Den Bosch in Noord-Brabant is getekend op schaal 1 : 14.000

De afstand tussen A en B is op de kaart 8 cm. Wat is de afstand tussen A en B in werkelijkheid?

Aria staat op het Keizer Karelplein. Ze wil naar de parkeergarage aan de Tweede Walstraat, P5.
In welke windrichting moet Aria lopen?

1. In noordoostelijke richting
2. In zuidoostelijke richting
3. In zuidwestelijke richting
4. In noordwestelijke richting

Beschrijf de route vanaf de pijl bij de Veerweg naar de Zonnebloemstraat.

In welk vak ligt het Vijverpark?

Opdrachten via online methode

Wat is de schaal van de plattegrond?

Als een afbeelding van een briefje van een 200 euro biljet 2 centimeter is. De schaal is 1 : 3. Wat is de vergrotingsfactor?

Ga verder met de opdrachten in de methode!

Succes!