Herhaling algemene spelling 1.0 HA1B

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Goeiemorgen HA1A

Lesdoel vandaag:

Herhaling algemene spelling H1, 3, 4

Morgen: herhaling H5,6

Donderdag toets.

Opzet van deze les:

• oefenen; weet je het al?
• theorie
• check 

Hoofdletters en leestekens (H1)

Weet je wanneer en hoe je ze gebruikt?

Wanneer gebruik je geen hoofdletter?

1. Bij namen.
2. Bij windstreken
3. Bij plaatsen
4. Bij officiële feestdagen

Welke zin is juist?

1. Ik houd van reizen naar verre landen, zoals: India, Thailand en China.
2. Vandaag blijven we thuis: het ijzelt en er rijden geen bussen.

Waar of niet waar?
Tussen twee persoonsvormen plaats je een komma.

1. waar
2. niet waar

Wanneer een hoofdletter?

• Begin van een zin
• Bij (aardrijkskundige) namen
• Officiële feestdagen
• Historische gebeurtenissen
• Instellingen of bedrijven

Wanneer geen hoofdletter?

• Dagen
• Maanden
• Seizoenen
• Windstreken

Komma

• Tussen twee persoonsvormen. 

      Toen ze thuis kwam, zag ze dat de kerstverlichting al brandde.

• Delen van een opsomming zet je tussen komma's.
  In de supermarkt kocht hij: andijvie, bloemkool en een CD.
• Na een naam of uitroep aan het begin van een zin.
  Jan, waar ga jij heen?
• Bijstelling zet je tussen komma's.
  Janneke, het leukste meisje uit de klas, heeft nu ook de griep.

Dubbele punt

• Een dubbele punt staat voor een opsomming.
  

De bezwaren tegen Athene in de zomer zijn: de hitte, de drukte en de smog.

• Een dubbele punt staat voor een verklaring/ uitleg.
  

Ik wil van de zomer niet naar Athene: het is me daar te warm.

• Een dubbele punt staat voor een zin die iemand gaat zeggen. 
  

Ik zei: 'Ik wil van de zomer niet naar Athene.'

Welk leesteken mist er in de zin?
Dat is morgen, zei Gerrit.

1. Dubbele punt
2. Aanhalingstekens
3. Komma
4. Uitroepteken

Welk leesteken mist er in de zin?
Piet zei 'Dat is niet een goede zin.'

1. Aanhalingstekens
2. Komma
3. Dubbele punt
4. Uitroepteken

Welk leesteken mist er in de zin?
Als je dat wilt moet je dat doen.

1. Aanhalingstekens
2. Komma
3. Dubbele punt
4. Uitroepteken

Wat vind je aan deze leestekens nog lastig?

Meervoud op -en

en

meervoud op -s / 's

Het meervoud van fee

1. feën
2. feeën

Het meervoud van porie

1. pories
2. poriën
3. porieën

Het meervoud van biervat

1. biervatten
2. biervaten

Het meervoud van handvat

1. handvatten
2. handvaten

Theorie

De meeste meervouden maak je door -en of -s achter een woord te plakken.

leeuw- leeuwen

meisje- meisjes

eitje!

dat werkt niet in alle gevallen!

brief- brieven

huis- huizen

Maar: bacterie- bacteriën!                     Wat is hier de regel?

Soms 

verandert

er een letter

of er komt 

een letter

bij

zee- zeeën 

melodie- melodieën 

Wel of geen extra -e?

Als de klemtoon op de laatste -ie ligt

komt er een -e bij.

Waar ligt de klemtoon bij bacterie?

Oefenen:
Het meervoud van studie

1. studies
2. studie's

Het meervoud van taxi

1. taxies
2. taxis
3. taxi's

Het meervoud van duo

1. duos
2. duo's

- s of 's?

Radio

baby

abc

studie

café

Valt het woord niet meer uit te spreken? Dan 's!

Ik denk dat ik de onderdelen die we net hebben geoefend voldoende beheers.

😒🙁😐🙂😃

Je hebt nu geoefend

met de theorie van Taalverzorging H1, 3 en 4

Je kunt verder oefenen op:

cambiumned.nl

Bekijk ook de theorie in je boek nog eens!

Tot morgen! Dan gaan we verder met H5+6