Grammatica Blok 5 4Zwk
Stefan heeft mooie bloemen gekocht voor Naomi.
Wat is de persoonsvorm?
Wat is de persoonsvorm?
1 / 40
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Stefan heeft mooie bloemen gekocht voor Naomi.
Wat is de persoonsvorm?
Wat is de persoonsvorm?
Slide 1 - Question ouverte
Stefan heeft mooie bloemen gekocht voor Naomi
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 2 - Question ouverte
Stefan heeft mooie bloemen gekocht voor Naomi.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 3 - Question ouverte
Stefan heeft mooie bloemen gekocht voor Naomi.
Wat is het lijdend voorwerp?
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 4 - Question ouverte
Stefan heeft mooie bloemen gekocht voor Naomi.
Wat is het meewerkend voorwerp?
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 5 - Question ouverte
Patrick heeft de kippen eten gegeven.
Wat is de persoonsvorm?
Wat is de persoonsvorm?
Slide 6 - Question ouverte
Patrick heeft de kippen eten gegeven.
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 7 - Question ouverte
Patrick heeft de kippen eten gegeven.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 8 - Question ouverte
Patrick heeft de kippen eten gegeven.
Wat is het lijdend voorwerp?
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 9 - Question ouverte
Patrick heeft de kippen eten gegeven.
Wat is het meewerkend voorwerp?
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 10 - Question ouverte
Indy en Demi hebben een heerlijk gerecht gekookt voor de aardige vrouw van tafel 4.
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 11 - Question ouverte
Indy en Demi hebben een heerlijk gerecht gekookt voor de aardige vrouw van tafel 4.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 12 - Question ouverte
Indy en Demi hebben een heerlijk gerecht gekookt voor de aardige vrouw van tafel 4.
Wat is het lijdend voorwerp?
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 13 - Question ouverte
Indy en Demi hebben een heerlijk gerecht gekookt voor de aardige vrouw van tafel 4.
Wat is het meewerkend voorwerp?
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 14 - Question ouverte
Michelle, Britt en Marith kopen een boek bij de Bruna voor Amy.
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 15 - Question ouverte
Michelle, Britt en Marith kopen een boek bij de Bruna voor Amy.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 16 - Question ouverte
Michelle, Britt en Marith kopen een boek bij de Bruna voor Amy.
Wat is het lijdend voorwerp?
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 17 - Question ouverte
Michelle, Britt en Marith kopen een boek bij de Bruna voor Amy.
Wat is het meewerkend voorwerp?
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 18 - Question ouverte
Michelle, Britt en Marith kopen een boek bij de Bruna voor Amy.
Wat is de bijwoordelijke bepaling?
Wat is de bijwoordelijke bepaling?
Slide 19 - Question ouverte
Nicky en Kris dansen in Spetters.
Wat is de persoonsvorm?
Wat is de persoonsvorm?
Slide 20 - Question ouverte
Nicky en Kris dansen in Spetters.
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 21 - Question ouverte
Nicky en Kris dansen in Spetters.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 22 - Question ouverte
Nicky en Kris dansen in Spetters.
Wat is het lijdend voorwerp?
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 23 - Question ouverte
Nicky en Kris dansen in Spetters.
Wat is het meewerkend voorwerp?
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 24 - Question ouverte
Nicky en Kris dansen in Spetters.
Wat is de bijwoordelijke bepaling?
Wat is de bijwoordelijke bepaling?
Slide 25 - Question ouverte
Mila en Nabintou hebben een bloemetje voor meneer Van der Hoeven bij de Bloemenhoek gekocht.
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 26 - Question ouverte
Mila en Nabintou hebben een bloemetje voor meneer Van der Hoeven bij de Bloemenhoek gekocht.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 27 - Question ouverte
Mila en Nabintou hebben een bloemetje voor meneer Van der Hoeven bij de Bloemenhoek gekocht.
Wat is het lijdend voorwerp?
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 28 - Question ouverte
Mila en Nabintou hebben een bloemetje voor meneer Van der Hoeven bij de Bloemenhoek gekocht.
Wat is het meewerkend voorwerp?
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 29 - Question ouverte
Mila en Nabintou hebben een bloemetje voor meneer Van der Hoeven bij de Bloemenhoek gekocht.
Wat is de bijwoordelijke bepaling?
Wat is de bijwoordelijke bepaling?
Slide 30 - Question ouverte
Om 15.00 uur gaan Salma en Sara op de scooter een broodje kopen in het Stadshart.
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 31 - Question ouverte
Om 15.00 uur gaan Salma en Sara op de scooter een broodje kopen in het Stadshart.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 32 - Question ouverte
Om 15.00 uur gaan Salma en Sara op de scooter een broodje kopen in het Stadshart.
Wat is het lijdend voorwerp?
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 33 - Question ouverte
Om 15.00 uur gaan Salma en Sara op de scooter een broodje kopen in het Stadshart.
Wat is het meewerkend voorwerp?
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 34 - Question ouverte
Om 15.00 uur gaan Salma en Sara op de scooter een broodje kopen in het Stadshart.
Wat is de bijwoordelijke bepaling?
Wat is de bijwoordelijke bepaling?
