H4 WA hfst 5 5.2

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Planning van de les

• Terug kijken naar 5.1
• Uitleg les doel:

           - Ik kan exponentiële groei herkennen 

           - Ik kan een groeifactor berekenen bij exponentiële groei

• Werken aan huiswerk

Eerst even terug naar 5.1

Mevrouw Jager sluit een hypotheek af van €288.000,-. Ze gaat de hypotheek in 30 jaar aflossen, waarbij ze iedere maand hetzelfde bedrag aflost.
Hoe hoog is haar restbedrag na 16 jaar en 5 maanden?

H5.2 Exponentiële groei

- Ik kan exponentiële groei herkennen

- Ik kan een groeifactor berekenen bij exponentiële groei

Exponentiële groei

De prijs van een wasmachine stijgt van €835,- naar €901,80.
Met welke factor moet je de oude prijs vermenigvuldigen om de nieuwe prijs te berekenen?

De oude prijs is dus vermenigvuldigd met 1,08.
Met hoeveel procent is de prijs gestegen?

Bereken de factor bij een toename van 0,5%.

Welke procentuele toe- of afname hoort er bij de factor 0,875

Welke procentuele toe- of afname hoort er bij de factor 4,25

De laatste 3 vragen lastig, maak dan ook 10 en 11 als huiswerk.

Wel exponentieel 

Niet exponentieel

De lengte van een zijde en de oppervlakte van een vierkant

De tijd en het maandsalaris bij een jaarlijkse salarisverhoging van €100,-

De tijd en het saldo op een spaarrekening met een rente van 3,6% per jaar.

De tijd en het aantal virussen als het aantal virussen elke vijf maanden verdrievoudigd.

Bij welke tabel hoort exponentiële groei?

1. 
2. 

Wat is de groeifactor van deze groei?

Is deze tabel exponentieel, zo ja geef dan ook de groeifactor.

Een huurprijs van een woning wordt elk jaar met 3% verhoogd. In 2019 was de huur €9.800,- per jaar.
Wat is de huurprijs van deze woning in 2023? Rond af op hele euro's.

huiswerk voor de volgende les:

Zorg dat je de volgende leerdoelen beheerst:

           - Ik kan exponentiële groei herkennen

           - Ik kan een groeifactor berekenen bij exponentiële groei

Maak minimaal de opgaven 15, 16 en 17 van paragraaf 5.2. 

Heb je moeite met de factor, dan ook 10 en 11