3.3 Politiek en samenleving - 2e klas T\H

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 2

3.3 Politiek en samenleving 

Maar eerst... nabespreken SO 3.1 t/m 3.2!

Wat gaan we doen?

• Even herhalen...
• Lesdoelen;
• Leven en werken in armoede;
• Streven naar meer gelijkheid;
• Veranderingen in het onderwijs;
• De positie van vrouwen;
• Zelfstandig werken;
• Afsluiting.

Even herhalen...

Even herhalen...

Lesdoelen

• Ik weet hoe de leef- en werkomstandigheden van arbeiders verbeterden;
• Ik weet hoe socialisten streefden naar gelijkheid;
• Ik weet wat veranderde in het onderwijs;
• Ik weet hoe de positie van vrouwen verbeterde.

Leven en werken in armoede

• 19e eeuw = zeer slechte arbeidsomstandigheden;
• Kinderarbeid;
• Door industrialisatie viel laatste twee punten meer op;
• Bron 19;
• De sociale kwestie.

Leven en werken in armoede

• Wij maken samen opdracht 1 via LessonUp (hoef je dus straks niet meer te maken!).

Arbeidsomstandigheden 

Lonen 

Vakantie? 

Doorbetaling bij ziekte

Kinderarbeid de norm?

Slecht

Goed

Laag

Hoog

Ja, drie keer in het jaar!

Nee, hadden ze nooit.

Geen doorbetaling

Wel doorbetaling

Wel de norm.

Wel de norm.

Waren hogere burgers zich bewust van de slechte arbeidsomstandigheden? Zo ja, hoe noemden ze dit probleem?

Streven naar meer gelijkheid

• Industrielanden: sociale wetten;
• Eerste sociale wet: 1833 in Groot-Brittanië;
• 1874: Kinderwetje van Houten.

Sociale wetten zijn er om...

1. de rijken minder belasting te laten betalen.
2. mensen socialer naar elkaar te laten doen.
3. zwakke mensen in de samenleving te steunen.

Veranderingen in het onderwijs

• 1848 = vrijheid van godsdienst;
• Bijzondere scholen;
• Een deel van de kamerleden: confessionelen (protestanten + katholieken);
• 1879 = eerste partij door Abraham Kuyper;
• Vanaf 1917 = betaling van overheid voor bijzondere scholen.

Wat gebeurde er in 1901 (welke wet/plicht)?

De positie van vrouwen

1870 = verzet;

Feministen;

1877 = eerste vrouwelijke arts;

Aletta

Jacobs

Kies de juiste uitspraken.

1. In de 19e eeuw mochten vrouwen een rechtszaak beginnen.
2. In de 19e eeuw mochten vrouwen een hogere opleiding volgen.
3. In de 19e eeuw werd er in wetten onderscheid gemaakt om vrouwen achter te stellen.
4. Omstreeks 1870 gingen vrouwen zich verzetten tegen discriminatie.

Samenvatting

• Liberalen zorgden met sociale wetten voor verbetering van de leef- en werkomstandigheden van arbeiders. In Nederland verdween de kinderarbeid tussen 1874 en 1901.

• Radicale socialisten wilden met een gewelddadige opstand een einde maken aan de uitbuiting van de arbeidersklasse door de bezittende klasse. Gematigde socialisten streefden met politieke partijen naar geleidelijke veranderingen.

• In Nederland behaalden protestanten en katholieken een meerderheid in de Tweede Kamer. Daardoor betaalde de overheid vanaf 1917 niet alleen het openbaar onderwijs, maar ook het bijzonder onderwijs.

• Vanaf 1870 voerden feministen met succes actie voor een meer gelijke behandeling van vrouwen ten opzichte van mannen.

Zelfstandig werken

Je maakt:

- Opdr. 2 t/m 10 (behalve 1 en 5);

Klaar?

- Nakijken;

- Lees alvast 3.4;

- Huiswerk/leren/lezen (leesboek!).

Afsluiting en huiswerk!

Maak 2 t/m 10 (behalve 1 en 5!).

Lees alvast 3.4!