taal thema 6 les 4 meewerkend voorwerp

thema 6 les 4
het meewerkend voorwerp
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

thema 6 les 4
het meewerkend voorwerp

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

aan wie/wat + gezegde + ow + lv?
gezegde = alle werkwoorden
ow = onderwerp
lv = lijdend voorwerp

Slide 3 - Diapositive

Thomas gaf Bob een appel.

aan wie/wat + gezegde + ow + lv?

AAN WIE GAF THOMAS EEN APPEL?

Slide 4 - Diapositive

De meester moet haar de opdracht uitleggen.

aan wie/wat + gezegde + ow + lv?
AAN WIE MOET DE MEESTER DE OPDRACHT UITLEGGEN?

Slide 5 - Diapositive

Juf legt aan de kinderen de som uit.

Met welke vraag vind je het mw?

Slide 6 - Question ouverte

Mick geeft een cadeau aan zijn vriend.
Met welke vraag vind je het mw?

Slide 7 - Question ouverte

Frank vraagt een vrouw de weg.

Aan wie vraagt Frank de weg?
A
aan Frank
B
een vrouw
C
vrouw
D
de vrouw

Slide 8 - Quiz

Mijn moeder geeft Bob een snack.
Aan wie geeft mijn moeder een snack?

A
aan mij
B
mijn moeder
C
Bob
D
aan Bob

Slide 9 - Quiz

Anne vraagt Jip de betekenis.

Aan wie vraagt Anne de betekenis?
A
Jip
B
aan Jip
C
Anne
D
aan Anne

Slide 10 - Quiz

Jip geeft haar een korte uitleg.

Aan wie geeft Jip een korte uitleg?
A
Jip
B
haar
C
Anne
D
aan Anne

Slide 11 - Quiz

Tanya leent Marnix een Frans boek.

Aan wie leent Tanya een Frans boek?
A
Tanya
B
aan hem
C
aan Marnix
D
Marnix

Slide 12 - Quiz

Nu zelf proberen...

Slide 13 - Diapositive

Wat is het meewerkend voorwerp?

Moeder geeft Liz een cadeautje.

A
een cadeautje
B
aan Liz
C
aan moeder
D
Liz

Slide 14 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp?

Sem geeft de sleutels aan Daan.

A
Sem
B
aan Daan
C
Daan
D
aan Sem

Slide 15 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp?

Tijn geeft Jake een harde duw.

A
Een harde duw
B
aan Jake
C
Jake
D
Tijn

Slide 16 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp?
De kinderen vragen de meester om uitleg.

A
de meester
B
de kinderen
C
om uitleg
D
aan de kinderen

Slide 17 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp?
Josje geeft haar hond te eten.

A
haar hond
B
de hond
C
hond
D
te eten

Slide 18 - Quiz