D10B r8-15

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

 Aeneas |diu |tacuit. 

Tandem |dixit: 

‘Regina, |me |bene |accepisti, |non nego. 

Sed |numquam |tibi |conubium promisi.

Aeneas diu tacuit.
In welke vorm staat tacuit?

1. 3e ev ind prae
2. 3e ev ind imperf
3. 3e ev ind perf
4. 3e ev ind plq perf

Tandem dixit.
In welke vorm staat dixit?

1. 3e ev ind prae
2. 3e ev ind imperf
3. 3e ev ind perf
4. 3e ev ind plq perf

‘Regina, me bene accepisti,
In welke vorm staat accepisti?

1. 2e ev ind prae
2. 2e ev ind perf
3. 2e mv ind prae
4. 2e mv ind perf

‘Regina, me bene accepisti,
In welke naamval staat Regina?

1. nom
2. gen
3. dat
4. voc

‘Regina, me bene accepisti,
Welke naamval en functie heeft me?

1. nom ev - onderwerp
2. acc ev - lijdend voorwerp
3. abl ev - aanvulling ww
4. voc ev - aangesproken persoon

non nego
In welke vorm staat nego?

1. 1e ev ind prae
2. imp ev prae
3. 1e ev ind impf
4. imp mv prae

Sed numquam tibi conubium promisi
In welke vorm staat promisi?

1. 1e ev ind prae
2. 1e ev ind perf
3. 2e ev ind prae
4. 2e ev ind perf

Sed numquam tibi conubium promisi
Welke naamval en functie heeft tibi?

1. dat ev - meewerkend voorwerp
2. dat ev - aanvulling bij ww
3. abl ev - bijw. bepaling
4. abl ev - aanvulling bij ww

Sed numquam tibi conubium promisi
Welke naamval en functie heeft conubium?

1. nom ev - onderwerp
2. acc ev - lijdend voorwerp
3. acc ev - bijw. bepaling
4. abl ev - aanvulling bij ww

 Hodie | Mercurius  |mihi | apparuit |et 

me | iussit |:

deis |parere |et 

|in Italia |Troiam novam |mihi et sociis| condere.|

Hodie Mercurius mihi apparuit
In welke vorm staat apparuit?

1. 2e ev ind prae
2. 2e ev ind perf
3. 3e ev ind prae
4. 3e ev ind perf

Hodie Mercurius mihi apparuit
Welke naamval en functie heeft Mercurius?

1. nom ev - onderwerp
2. nom ev - naamwoordelijk deel
3. nom ev - bijstelling
4. voc ev - aangesproken persoon

Hodie Mercurius mihi apparuit
Welke naamval en functie heeft mihi?

1. gen ev - bijv. bepaling
2. dat ev - meewerekend voorwerp
3. dat ev - aanvulling bij ww
4. nom mv - onderwerp

me iussit deis parere
et in Italia Troiam novam mihi et sociis condere.
In welke vorm staat iussit?

1. 1e ev ind prae
2. 1e ev ind perf
3. 3e ev ind prae
4. 3e ev ind perf

me iussit deis parere
et in Italia Troiam novam mihi et sociis condere.
Welke naamval en functie heeft me?

1. acc ev - lijdend voorwerp
2. acc ev - bijw. bepaling
3. abl ev - bijw. bepaling
4. abl ev - aanvulling bij ww

me iussit deis parere
et in Italia Troiam novam mihi et sociis condere.
van me iussit (hij beveelt me om) hangen 2 inf af. Welke?

deis parere
Welke naamval en functie heeft deis?

1. dat mv - meewerkend voorwerp
2. dat mv - bijw. bepaling
3. abl mv - bijw. bepaling
4. abl mv - aanvulling bij ww

in Italia Troiam novam mihi et sociis condere
Welke naamval en functie heeft Italia?

1. nom ev - onderwerp
2. nom ev - naamwoordelijk deel
3. abl ev - bijw. bepaling
4. abl ev - aanvulling bij ww

in Italia Troiam novam mihi et sociis condere
Welke naamval en functie heeft Troiam novam?

1. acc ev - lijdend voorwerp
2. acc ev - bijw. bepaling
3. abl ev - bijw. bepaling
4. abl ev - aanvulling bij ww

in Italia Troiam novam mihi et sociis condere
Welke naamval en functie heeft mihi et sociis?

1. dat- meewerkend voorwerp
2. dat - aanvulling bij ww
3. abl - bijw. bepaling
4. abl - aanvulling bij ww

 Tu | nunc |urbem novam |Tyriis |aedificas.

 Sine |me |in Italia| Troiam novam |conde­re.

Tu nunc urbem novam Tyriis aedificas.
In welke vorm staat aedificas?

1. 1e ev ind prae
2. 1e ev ind perf
3. 2e ev ind prae
4. 2e ev ind imperf

Tu nunc urbem novam Tyriis aedificas.
Welke naamval en functie heeft Tu?

1. nom ev - onderwerp
2. acc ev - lijdend voorwerp
3. acc ev - bijw. bepaling
4. voc mv - aangesproken persoon

Tu nunc urbem novam Tyriis aedificas.
Welke naamval en functie heeft urbem novam?

1. nom ev - onderwerp
2. acc ev - lijdend voorwerp
3. acc ev - bijw. bepaling
4. voc mv - aangesproken persoon

Tu nunc urbem novam Tyriis aedificas.  

In deze zin is Tyriis een dativus.

Het is geen aanvulling bij een ww (in de woordenlijst staat niet dat aedificare met een dativus gaat)

Het is geen dativus van bezit (er staat geen vorm van esse bij)

Het is geen meewerkend voorwerp (ze helpen niet mee met de handelingen).

En toch vertaal je met 'voor', Aeneas bouwt het voor Tyriërs. Het is een blije dativus (de Tyriërs worden blij dat Aeneas bouwt).

Sine me in Italia Troiam novam condere.
In welke vorm staat Sine?

1. 1e ev ind prae
2. ev imp prae
3. 2e ev ind prae
4. mv imp prae

Sine me in Italia Troiam novam condere.
Welke naamval en functie heeft me?

1. nom ev - onderwerp
2. acc ev- lijdend voorwerp
3. acc ev- bijw. bepaling
4. abl ev - bijw. bepaling

sine me: laat mij toe om...
hier hangt een infinitivus af
Wat is de infinitivus?

in Italia Troiam novam condere
Welke naamval en functie heeft Italia?

1. nom ev - onderwerp
2. nom ev - naamwoordelijk deel
3. abl ev - bijw. bepaling
4. abl ev - aanvulling bij ww

in Italia Troiam novam condere.
Welke naamval en functie heeft italia?

1. acc ev- lijdend voorwerp
2. acc ev- bijw. bepaling
3. gen ev - bijv. bepaling
4. gen mv - bijv. bepaling

in Italia Troiam novam condere
Welke naamval en functie heeft Troiam novam?

1. acc ev - lijdend voorwerp
2. acc ev - bijw. bepaling
3. abl ev - bijw. bepaling
4. abl ev - aanvulling bij ww

 Iussa deorum |me  |cogunt  |abire.

Crede  |mihi:|

 invitus| Italiam| peto!’

Iussa deorum me cogunt abire.
In welke vorm staat cogunt?

1. 3e ev ind prae
2. 3e ev ind perf
3. 3e mv ind prae
4. 3e mv ind perf

Iussa deorum me cogunt abire.
Welke naamval en functie heeft iussa?

1. nom ev - onderwerp
2. abl ev - bijw. bepaling
3. nom mv - onderwerp
4. acc ev - lijdend voorwerp

Iussa deorum me cogunt abire.
Welke naamval en functie heeft deorum?

1. acc ev - lijdend voorwerp
2. acc ev - bijw. bepaling
3. gen mv - bijv. bepaling
4. gen mv - aanvulling ww

Iussa deorum me cogunt abire.
Welke naamval en functie heeft me?

1. acc ev - lijdend voorwerp
2. acc ev - bijw. bepaling
3. abl ev - bijw. bepaling
4. abl ev - aanvulling ww

Crede mihi
In welke vorm staat Crede?

1. 1e ev ind prae
2. ev imp prae
3. mv imp prae
4. 1e mv ind perf

Crede mihi
Welke naamval en functie heeft mihi?

1. gen ev - bijv. bepaling
2. dat ev - meewerkend voorwerp
3. dat ev - aanvulling ww
4. nom mv - onderwerp

invitus Italiam peto!
In welke vorm staat peto?

1. 1e ev ind prae
2. 1e ev ind perf
3. ev imp prae
4. mv imp prae

invitus Italiam peto!

petere +acc: gaan naar

Italiam is de bijbehorende acc 

invitus staat in de nominativus en hoort bij het onderwerp (maar is niet het onderwerp) en de pv. We noemen deze functie een dubbelverbonden bepaling.