4H thema 7 BS 5

Kringlopen
4 havo
Thema 7
Basisstof 5
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Kringlopen
4 havo
Thema 7
Basisstof 5

Slide 1 - Diapositive

Vandaag
Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat er met een kringloop bedoeld wordt.
  • Je kunt de koolstofkringloop beschrijven en in een context gebruiken

Programma
  1. Wat weet je nog van veranderende ecosystemen?
  2. Uitleg koolstofkringloop
  3. Toepassingsvragen
  4. Zelf werken

Slide 2 - Diapositive

Wat is successie?
A
Opvolgen van soorten in levensgemeenschappen over tijd
B
Verandering van abiotische factoren zoals temperatuur over tijd
C
Het aantal soorten dat er in een ecosysteem leeft
D
Het aanleggen van ecosystemen door mensen

Slide 3 - Quiz

Pioniersecosysteem
Climaxecosysteem
Sterkwisselende abiotische factoren
Snelle afwisseling van soorten
Soortenrijk
Humusrijk
Open kringloop
Veel lagen in vegetatie
Toename in biomassa
Ingewikkeld voedselweb

Slide 4 - Question de remorquage

Wat is het verschil tussen primaire en secundaire successie?
A
Van primaire successie is sprake bij een pioniersecosysteem en van secundaire successie bij een climaxecosysteem
B
Primaire successie is het veranderen van graslandschap in struiklandschap en secundair is van struiken naar bossen
C
Primaire successie start vanaf kale, voedselarme bodem en secundaire successie vanaf kale voedselrijke bodem

Slide 5 - Quiz

Drie manieren waarop de mens afhankelijk is van het milieu.
1 het levert voedsel. 2 het levert water. 3 het levert zuurstof.
Bij welk van deze manieren speelt fotosynthese een rol.
A
Alleen bij 1 en 2
B
Alleen bij 1 en 3
C
Alleen bij 2 en 3
D
Bij 1,2, en 3

Slide 6 - Quiz

Welke groep organismen gebruikt CO2 uit de lucht?
A
Producenten
B
Consumenten van de 1e orde
C
Consumenten van de tweede orde
D
Reducenten

Slide 7 - Quiz

In de koolstofkringloop worden door veel organismen stoffen verbrand. Welke organismen doen aan dissimilatie (= verbranding)?
A
planten
B
dieren
C
dieren en schimmels
D
zowel planten, dieren als schimmels

Slide 8 - Quiz

Koolstofkringloop (C)
BINAS 93F
Stikstofkringloop (N)
BINAS 93G

Slide 9 - Diapositive

Koolstofkringloop
Koolstofassimilatie = opbouwen van organische stoffen uit anorganische koofstof bevattende stoffen
--> kost energie

Dissimilatie = afbraak van organische materialen waarbij energie vrijkomt
--> Aeroob: met zuurstof
--> Anaeroob: zonder zuurstof

Voortgezette assimilatie

Slide 10 - Diapositive

In de koolstofkringloop worden door veel organismen stoffen verbrand. Welke organismen doen aan dissimilatie (= verbranding)?
A
planten
B
dieren
C
dieren en schimmels
D
zowel planten, dieren als schimmels

Slide 11 - Quiz

Als er dood organisch materiaal is, zoals blaadjes die van de boom zijn gevallen, kan dit door reducenten worden omgezet tot anorganische stoffen. Dit kan met of zonder zuurstof. Als er CH4 ontstaat, welk proces is er dan aan vooraf gegaan?
A
Assimilatie
B
Aerobe dissimilatie
C
Anaerobe dissimilatie
D
Geen van deze drie

Slide 12 - Quiz

Zelf werken
Lezen
BS 5 (blz. 196 en 197)

Maken
BS 5 opdr. 30 en 31
Snel klaar? --> lees alvast 'stikstofkringloop' (blz. 198 en 199)

Kun je:
  • benoemen wat een kringloop is?
  • de koolstofkringloop beschrijven en in een context gebruiken?

Slide 13 - Diapositive

Kringlopen
4 havo
Thema 7
Basisstof 5

Slide 14 - Diapositive

Vandaag
Leerdoelen:
  • Je kunt de stikstofkringloop beschrijven en in een context gebruiken

Programma:
  1. Uitleg stikstofkringloop met nijntje nitraat
  2. Wat is de stikstofcrisis?
  3. Zelf werken

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Nijntje nitraat
A: Planten nemen nitraat (NO3-) op.
B: Er vindt stikstofassimilatie plaats
     vorming aminozuren
(vorming eiwitten is voortgezette assimilatie)
C: Dier eet plant, verteert en assimileert eigen        organische stoffen.
D: Bij dissimilatie komt ureum vrij. 
E: Rottingsbacterien breken ureum af tot NH3
F: NH3 lost in (grond)water op tot NH4+
G: Nitrietbacterien zetten NH4+ om in NO2-
H: Nitraatbacterien zetten NO2- om in NO3-


Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Welke problemen ontstaan door het overschot aan stikstof in Nederland?
A
Verlies van biodiversiteit doordat sommige plantensoorten gaan domineren
B
Verlies van biodiversiteit doordat het stikstof water aantrekt en planten verstikt
C
Verlies van biodiversiteit doordat de grond basisch wordt (hoge pH)
D
Verlies van biodiversiteit doordat de bodem verzuurt (lage pH)

Slide 19 - Quiz

Welk molecuul bevat geen stikstof?
A
Aminozuren
B
DNA
C
Nitraat
D
Glucose

Slide 20 - Quiz

Welke stikstofverbinding komt het meeste voor in de lucht?
A
N2
B
NO3-
C
NH3
D
NOx

Slide 21 - Quiz

Wat neemt de plant op van de stikstofkringloop?
A
Nitriet
B
Water
C
Glucose
D
Nitraat

Slide 22 - Quiz

Welke organismen zijn er nodig voor planten om N2 uit de lucht toch te kunnen opnemen (in de vorm van NH3)?
A
Rottingsbacteriën
B
Nitirificerende bacteriën
C
Knolletjesbacteriën
D
Denitrificerende bacteriën

Slide 23 - Quiz

Zelf werken
Lezen
BS 5 (blz. 198 t/m 201)

Maken
BS 5 opdr. 32 t/m 35

Kun je:
  • de koolstofkringloop beschrijven en in een context gebruiken?
  • de stikstofkringloop beschrijven en in een context gebruiken?

Slide 24 - Diapositive