Week `6 15-19febr 2M Woordenschat H4


        Woordenschat      Hoofdstuk 4
BT2


Voorvoegsels
en
achtervoegsels
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon


        Woordenschat      Hoofdstuk 4
BT2


Voorvoegsels
en
achtervoegsels

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen:

Ik kan/weet:
  •  de betekenis van                         veelvoorkomende voor- en achtervoegsels.
  • de betekenis van woorden kunnen vinden met voor- en achtervoegsels.
  • de betekenis van alle woorden en uitdrukking uit dit hoofdstuk.


Slide 2 - Diapositive

Belangrijke begrippen
  • Voorvoegsel
  • Achtervoegsel
  • Grondwoorden (of: kernwoorden)

Slide 3 - Diapositive

Voorvoegsel 


Bijvoorbeeld:

her (= voorvoegsel) + gebruiken = hergebruiken

mis + dragen = misdragen

non + fictie = non-fictie

ex + vriend = ex-vriend

on + zeker = onzeker

Een (kern)woord met een voorvoegsel noemen we een afleiding.

Slide 4 - Diapositive

Grondwoord (of: kernwoord)
Een grondwoord is een woord waarbij je een voorvoegsel en achtervoegsel kunt schrijven.

ongebruik(e)lijk

Door te kijken naar een grondwoord, voorvoegsel en achtervoegsel kun je de betekenis van een woord achterhalen.

Slide 5 - Diapositive

Woorden 
Grondwoord
voorvoegsel - grondwoord - achtervoegsel
on - gebruik - (e)lijk
super-gehoor-zaam
her-bruik-baar

Slide 6 - Diapositive

Voorbeelden van achtervoegsels:
-je, -tje, -pje, -kje : autootje, zomerkoninkje
-loos :geluidloos, achteloos
-ig : prachtig, doorzichtig
-achtig : zoethoutachtig, geelachtig
-schap : vriendschap, draagmoederschap
-heid : schoonheid, traagheid
-lijk : koninklijk, hoofdzakelijk

Slide 7 - Diapositive

Bedenk een woord met een voorvoegsel:

Slide 8 - Question ouverte

Bedenk een woord met een achtervoegsel:

Slide 9 - Question ouverte

Wat is het grondwoord van: onmenselijk

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het grondwoord van: gevangenis

Slide 11 - Question ouverte

Wat is het achtervoegsel van: beestachtig

Slide 12 - Question ouverte

Einde les

Slide 13 - Diapositive