4.2 De voedselproductie

1 / 14
suivant
Slide 1: Lien
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Lees paragraaf 4.2 helemaal door 

Schrijf op de volgende slide (woordweb) op welke begrippen, woorden of onderdelen van de tekst je lastig vind 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit vind ik lastig/begrijp ik niet
uit paragraaf 4.2

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 
- Je weet hoe de voedselafdruk groter wordt, wat schaalvergroting en intensivering zijn en hoe je duurzamer voedsel kan produceren.

-Je begrijpt waarom er steeds meer ruimte nodig is om voedsel te telen en op welke manier we duurzamer met voedsel om kunnen gaan. 

- Je kunt op kaarten aantonen dat tropische regenwoud verdwijnt voor landbouw

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk product gebruikt het meeste water? Zet in de juiste volgorde, veel --> weinig 

- cashewnoten
-  chocolade 
- koffie 
- Kaas 
- rundvlees 
- Kip 
- Walnoten 
- avocado 
- appel 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Per 100 gram/ 1 liter 
= 110 liter gemiddeld 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De ruimte die nodig is om jouw voedsel te verbouwen, noemen we?
A
voetafdruk
B
voedselafdruk
C
schaalvergroting
D
draagkracht

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Van dit: Meerdere kleine boeren bedrijven 
Naar dit: Minder bedrijven, maar veel groter 

Slide 9 - Diapositive

Schaalvergroting 
Deze grote akkerbouwbedrijven verbouwen vaak nog maar 1 soort gewas. Wat kunnen hiervan de gevolgen zijn?

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Vidéo

Vanaf 2:07
Bij een kennisintensieve landbouwproductie worden veel slimme machines gebruikt en werken weinig mensen. Vaak gaat kennisintensief samen met:
A
Biodiversiteit
B
milieu-uitputting
C
Kapitaalintensief
D
natuursafhankelijkheid

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bekijk en lees in je boek het kopje duurzame voedselproductie
Er worden verschillende mogelijkheden gegeven om duurzamer met voedsel om te gaan. 
Schrijf voor jezelf of in tweetallen op:
- Welke mogelijkheid je niet perse duurzaam vindt en waarom niet;
- Welke mogelijkheden om duurzamer te zijn er nog meer zijn;
- Welke voorbeelden wel en welke niet op grote schaal (wereldbevolking) toegepast kunnen worden

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat nu?
Vragen?
Lezen paragraaf 4.2
Maken: 1 t/m 7

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions