5.5 Rekenen met procenten

5.5 Rekenen met procenten
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

5.5 Rekenen met procenten

Slide 1 - Diapositive

Van nieuw naar oud
Een artikel wordt 8% duurder en kost nu €36,-. Bereken de oude prijs.



36 : 108 x 100= €33,33
€36,-
?
108%
1%
100%
Of  36 : 1,08 = €33,33

Slide 2 - Diapositive

Van nieuw naar oud
Een computer wordt 12% in prijs verlaagd tot €1750,-. Bereken de oude prijs.



1750 : 88 x 100= €1988,64
€1750,-
?
88%
1%
100%
Of  1750 : 0,88 = €1988,64

Slide 3 - Diapositive

Een rekenmachine kost €54,- inclusief 21% BTW. Hoeveel is de prijs exclusief?
Antwoord met komma en zonder €

Slide 4 - Question ouverte

Antwoord
Een rekenmachine kost €54,- inclusief 21% BTW. Hoeveel is de prijs exclusief?

€54,- = 121% (inclusief)
Exclusief = 100%
Dus €54,- : 121 x 100 = €44,63

Slide 5 - Diapositive

Een artikel wordt 8% duurder en kost nu €25,-. Hoeveel was de oude prijs?

Antwoord met komma en zonder €

Slide 6 - Question ouverte

Antwooord
Een artikel wordt 8% duurder en kost nu €25,-. 
Hoeveel was de oude prijs?

€25,- = 108%
oud = 100%
Dus  25 : 108 x 100 = €23,15

Slide 7 - Diapositive

Huiswerk
maak opgaven 33 t/m 35

Slide 8 - Diapositive

Van percentage naar totaal
Op het Gauss College komen 307 leerlingen met het openbaar vervoer naar school. Dat is 23% van alle leerlingen.



Antwoord: 307 : 23 x 100 = 1335 leerlingen
307
?
23%
1%
100%

Of 307 : 0,23 = 1335

Slide 9 - Diapositive

Op een dag vertrokken van Schiphol 147 KLM-vliegtuigen. Dat was 40,5% van alle toestellen. Hoeveel toestellen vertrokken die dag van Schiphol totaal?

Slide 10 - Question ouverte

Antwoord
Op een dag vertrokken van Schiphol 147 KLM-vliegtuigen. Dat was 40,5% van alle toestellen. Hoeveel toestellen vertrokken die dag van Schiphol?

147 = 40,5%
totaal = 100%
Dus 147 : 40,5 x 100 = 363 toestellen

Slide 11 - Diapositive

De familie Jol krijgt een huurverhoging van €15,30 per maand. Dat is 3,4% meer dan voorheen. Bereken de oude prijs en de nieuwe prijs.

Antwoord met komma en zonder € en zet een en tussen de 2 antwoorden.

Slide 12 - Question ouverte

Antwoord
De familie Jol krijgt een huurverhoging van €15,30 per maand. Dat is 3,4% meer dan voorheen. 
Bereken de oude prijs en de nieuwe prijs.

€15,30 = 3,4%
100% = oud     en  103,4% = nieuw
Dus 15,30 : 3,4 x 100 = €450,- (oud)
En 15,30 : 3,4 x 103,4 = €465,30 of €450,0 + €15,30 = €465,30 (nieuw) 

Slide 13 - Diapositive

Waar heb je nog hulp bij nodig?

Slide 14 - Carte mentale

Huiwerk
Opgaven 38 en 39

Slide 15 - Diapositive