de hersenen les 1

• Zorg en Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Leerdoelen 

Voorkennis activeren

Na deze les kun je benoemen wat:

- de functies zijn van hersenzenuwen en zenuwcellen

- het verschil is tussen de hersenen en zenuwstelsel

- wat de functie is van hersenvocht en bloedvaten

hersenen, wat
weet je al?

zo zien de hersenen eruit

wat regelen de kleine hersenen ?

Wat is het verschil tussen "Hersenen" en de term Zenuwstelsel?

soorten zenuwen

• sensorische zenuw: vangen  prikkels van het lichaam op en sturen het naar het centraal zenuwstelsel.
• motorische zenuw: prikkels vanaf het centraal zenuwstelsel naar de spieren. Zij zorgen ervoor dat de spieren bewegen

Hoe werkt het?

Je prikt je in je vinger:

De perifere sensorische zenuw vangt dit signaal op en stuurt dit door naar het ruggenmerg.   Het signaal wordt doorgestuurd naar de  sensorische centrale zenuw

Signaal komt in de hersenen, nu voel je pijn.

het signaal wordt doorgegeven aan de motorische centrale zenuw

De motorische centrale zenuw stuurt een boodschap naar de motorische perifere zenuw

geeft de spier de opdracht om te bewegen

Zenuwcellen

• Aanvoerende (afferent) zenuwen  (sensorisch of sensibele)
• Afvoerende (efferent) zenuwen (motorische)
• Schakelzenuw

Een axon is?

1. Witte mergschede
2. Een lange uitloper van een neuron
3. Grijze stof
4. Een korte uitloper van een neuron

Zenuwcel

(neuron)

Zenuwcel bestaat uit:

1. 

2.

3.

4.

5. ?

6.

Kijk of je de antwoorden weet.

Zenuwcel

(neuron)

Zenuwcel bestaat uit:

1. Dendriet

2. Cellichaam

3. Celkern

4. Axon

5. Myelineschede

6. Synaps

Wat voor functie heeft het hersenvocht?
(meerdere antwoorden mogelijk?

1. vervoer van stoffen
2. geleiding van prikkels
3. stootkussen
4. vasthouden van de goede temperatuur

waarvoor zijn bloedvaten nodig in de hersenen?
(meerdere antwoorden mogelijk)

1. vervoer van energie
2. om rechter hersenhelft te voeden
3. vervoer van zuurstof
4. om linker hersenhelft te voeden

Hoe wordt informatie van de ene naar de andere hersencel over gebracht?

1. via de bloedbaan
2. via enzymen
3. via chemische stofjes of neurotransmitters
4. Via liquor

Mensen met ziekte van Parkinson , hebben een tekort aan:

1. hemoglobine
2. dopamine
3. maagzuur

de hersenstam is het einde van het ruggenmerg

1. waar
2. niet waar

de hersenstam regelt :

1. het hartritme
2. alle basale lichaamsfuncties
3. bloeddruk
4. reflexen

In de tussenhersenen zit de hypothalamus deze regelt of informatie wel of niet wordt doorgegeven

1. waar
2. niet waar
3. weet niet

Wat heb je vandaag geleerd?

Wat ging er goed/minder goed?

Vooruitblik