H3cd - Periode 2 - Les 7 (PA3 H2+ quien soy) - KOL (13-12-2023)

Bienvenidos
¿Qué día y qué fecha es hoy?
1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Bienvenidos
¿Qué día y qué fecha es hoy?

Slide 1 - Diapositive

El programa de hoy
FIESTA Y AMOR EN SEVILLA/ QUIÉN SOY
Capítulo 2
  • 15 min - Overhoring
  • 10 min - El amor de beatriz
  • 10 min - HW bespreken
  • 5 min - Voca 2.3 
  • 20 min - Bron F - ej 19-21
  • Evaluación
Sigue las instrucciones en lessonup.

Slide 2 - Diapositive

Doelen
- Aan het begin van de les testen we of je de stof tot nu toe van periode 2/herhaling begrijpt, kan reproduceren en/of toepassen.

Aan het eind van de les: 
- heb je geleerd van je fouten van de overhoring en het huiswerk en weet je waar je nog aan moet werken. 
- oefen je met een lees en luistervaardigheid met als thema liefde
- heb je je vocabulaire vergroot en geoefend met leesvaardigheid 'el amor de beatriz'.

Slide 3 - Diapositive

Info klas 3 - periode 2
Info klas 3 
DELE-examen, vrijwillig
Farelcertificaat Spaans (als je Spaans met een voldoende afsluit dit jaar)

Leerdoelen periode 2 
  • Paso adelante deel 3, Hoofdstuk 2: Communiceren over vriendschap en relaties

Toetsen en opdrachten periode 2:
  • Toetsweek: Toets hoofdstuk 2 + aanvulling (zie bovenaan studiewijzer)
  • Opdracht: boekje lezen, PO quien soy

Slide 4 - Diapositive

Overhoring
· Vocab 2.1, 2.2
· Bron E
· Grammatica ‘gerundio’, ‘interesar en gustar’.
· werkwoorden in de tegenwoordige tijd (presente): hablar, comer, vivir, escribir, hacer, ser, tener, querer, jugar, dormir, estar, salir, llamarse, ducharse.

Let op: je kunt niet tussendoor terug naar een vorige vraag! 

Slide 5 - Diapositive

Vul de gerundio in: Tú (hablar)__________________________ en español.

Slide 6 - Question ouverte

Vul de gerundio in: Yo (cocinar)_________________________ paella.

Slide 7 - Question ouverte

Wanneer gebruiken we el gerundio?

Slide 8 - Question ouverte

Maak een gerundio:
Jullie zijn aan het eten. (=comer)

Slide 9 - Question ouverte

El gerundio:
¿Qué están haciendo?
A
están comendo
B
son comiendo
C
están comiendo
D
están comen

Slide 10 - Quiz

vervoeg in de GERUNDIO
Vosotros (vivir) ___ ___ en Valencia.

Slide 11 - Question ouverte

Vertaal:
infantil

Slide 12 - Question ouverte

Vertaal:
sincero

Slide 13 - Question ouverte

Vertaal:
el aspecto

Slide 14 - Question ouverte

Vertaal:
quedar

Slide 15 - Question ouverte

Vertaal:
el sentido de humor

Slide 16 - Question ouverte

Vertaal:
cumplir (let op: beide vertalingen met een , ertussen)

Slide 17 - Question ouverte

Vertaal:
superficial

Slide 18 - Question ouverte

Vertaal:
ser capaz de

Slide 19 - Question ouverte

Vertaal:
sin embargo

Slide 20 - Question ouverte

Vertaal:
el encuentro

Slide 21 - Question ouverte

Vertaal de zin:
¿Has tenido novia alguna vez?

Slide 22 - Question ouverte

Vertaal de zin:
Mi novia ideal tiene el pelo rubio y los ojos marrones.

Slide 23 - Question ouverte

Vertaal:
Moeten er overeenkomsten zijn tussen jullie?
A
¿Hay qué tener cosas en común?
B
¿Tiene pelo rubio?
C
¿A quién se parece tu novio?
D
¿Hay que tener un aspecto específico?

Slide 24 - Quiz

Vervoeg in de presente:
Hablar, tú
(schrijf alleen het vervoegde w.w. op)

Slide 25 - Question ouverte

Vervoeg in de presente:
Hacer, vosotros
(schrijf alleen het vervoegde w.w. op)

Slide 26 - Question ouverte

Vervoeg in de presente:
Tener, yo
(schrijf alleen het vervoegde w.w. op)

Slide 27 - Question ouverte

Vervoeg in de presente:
Querer (ie), ellos
(schrijf alleen het vervoegde w.w. op)

Slide 28 - Question ouverte

Vervoeg in de presente:
Ducharse, yo
(schrijf alleen het vervoegde w.w. en wed.vnw. op)

Slide 29 - Question ouverte

Vervoeg in de presente:
Dormir (ue), yo

Slide 30 - Question ouverte

Vervoeg in de presente:
Salir, yo

Slide 31 - Question ouverte

Vervoeg in de presente:
llamarse, usted
(schrijf alleen het vervoegde w.w. en wed.vnw. op)

Slide 32 - Question ouverte

Vervoeg interesar
A ellos ___ _______ estudiar mucho.

Slide 33 - Question ouverte

Vervoeg gustar
A mí ___ _______ hablar español

Slide 34 - Question ouverte

Vervoeg gustar
A pablo y tú ___ _______ la películas españolas.

Slide 35 - Question ouverte

Klaar met de overhoring?


Lees verder in 'el amor de beatriz' t/m p. 15

Slide 36 - Diapositive

Comprobar los deberes
Hacer: 
- Verplicht maken voor do 14-12 (vandaag!): quien soy p. 103-105 
- Optioneel extra oefening voor do 14-12: Maken quien soy p. 22 (kloktijden), p. 25 (gustar/vrije tijd)
--> klassikaal bespreken

- Verplicht maken voor na kerstvakantie: quien soy p. 28 tm 35 (PO opdracht) ej 1+2 --> na vakantie op dinsdag af hebben.



 
--> PA oef 16bcd: Nakijken met antwoordboek 
--> Quién Soy: mondeling klassikaal bespreken

Slide 37 - Diapositive

1. Welke fout uit het huiswerk heb je wat van geleerd? Wat?
2. Waar kun/moet je nog aan werken?
3. Hoe ga je dit doen?

Slide 38 - Question ouverte

Vocabulario P.A. 2.3
Bestudeer voca 2.3 uit paso adelante WB deel A. 
--> hoeveel woorden weet je nog na 5 minuten?


timer
5:00

Slide 39 - Diapositive

Fuente F - ej 19-21 
Luister+leesvaardigheid
Ej. 19 : Lees de tekst + beantwoord de vragen
Ej. 20: Luister + beantwoord de vragen
Ej. 21: voca oefening

Slide 40 - Diapositive

1. Welk onderdeel van de les vond je het meest leerzaam, en waarom?
2. Hoe heb je gewerkt? Wat ga je een volgende keer hetzelfde doen en wat ga je anders doen? Hoe?

Slide 41 - Question ouverte

Deberes
Leren:
- Werkwoorden : hablar, comer, vivir, escribir, hacer, ser, tener, querer, jugar, dormir, estar, salir, llamarse, ducharse.
- Getallen tot 2023
- Voca P.A. 2.3 en 2.4
- Gerundio

Hacer:
P.A. Bron F opdr 19-21
boekje 'el amor de beatriz tm p. 15
Werken aan P.O. quien soy  (p. 28 tm 35) 

Leerstof TW: zie week voor de toetsweek in Magister




Slide 42 - Diapositive

Wat vond je van deze les? 
Wat vond je goed, en wat kan beter? 
Beantwoord de vragen op de volgende slides.

Slide 43 - Diapositive

Wat vond je goed aan deze les?
Geef concrete voorbeelden.

Slide 44 - Question ouverte

Kijk terug op deze les:
Wat kan beter?
Denk aan lesinhoud, vorm, werksfeer etc.

Slide 45 - Question ouverte