grammatica redekundig herhalen les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• Leerjaar 2

grammatica

Quiz in tweetallen

Huiswerk nakijken

Nwg herhalen

Oefeningen maken boek/ site

doel

Een zin kunnen verdelen in de juiste zinsdelen en de zinsdelen benoemen.

Een persoonsvorm kun je op 3 manieren in een zin vinden.

1. waar
2. niet waar

De persoonsvorm is 1 zinsdeel.

1. waar
2. niet waar

Het onderwerp van de zin vind je door de volgende vraag te stellen:

1. Wie doet het?
2. Waar + pv+ wg?
3. wie/wat+ pv?
4. Wat gebeurt er in de zin?

welke van de onderstaande werkwoorden is een koppelwerkwoord? (kww)

1. hebben
2. komen
3. roepen
4. zijn

In een zin met een naamwoordelijk gezegde is altijd een lijdend voorwerp.

1. waar
2. niet waar

De docent geeft de boeken aan de leerlingen.

1. mwv= aan de leerlingen
2. lv= de docent
3. wwg= geeft aan
4. ond= de boeken

Mijn vader heeft een huis in Spanje gekocht.

1. heeft gekocht = nwg
2. heeft gekocht= wwg
3. gekocht= nw deel
4. heeft= kww

oefening maken/ huiswerk dinsdag

Blz. 153 oefening 6-> 2 hoeft niet: bijvoegelijke bepaling.

Via somtoday inloggen en testen maken

De les Nederlands was vandaag heel saai

1. nwg
2. wwg

Het leukste onderdeel van Nederlands is grammatica!

1. nwg
2. wwg

De leraar stelt lastige vragen aan de leerlingen

1. lv= de leraar
2. lv= lastige vragen
3. lv= de leerlingen