Staal blok 9 week 1 les 3

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Zinsdelen

Slide 2 - Carte mentale

Blok 9 week 1 les 3 (herhalen)
Wat leer je vandaag?
Ik kan in een zin het lijdend voorwerp benoemen.

Slide 3 - Diapositive

Wat is het lijdend voorwerp?

Slide 4 - Diapositive

Wat is het lijdend voorwerp?

Slide 5 - Diapositive

Welke zinsdelen hebben we nodig om het lijdend voorwerp te vinden?

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Voorbeeld:
Björn Kuipers fluit de wedstrijd.
Stap 1: zoek de persoonsvorm
vraagproef, de persoonsvorm staat vooraan 
Fluit Björn Kuipers de wedstrijd?
Stap 2: zoek het onderwerp
Wie of wat + persoonsvorm?
Wie fluit (de wedstrijd)? Björn Kuipers
Stap 3: zoek het lijdend voorwerp
Wie of wat + persoonsvorm + onderwerp
Wat fluit Björn Kuipers? de wedstrijd

Slide 8 - Diapositive

Wat is de persoonvorm?
Memphis Depay heeft een doelpunt gemaakt.

Slide 9 - Question ouverte

Wat is het onderwerp?
Memphis Depay heeft een doelpunt gemaakt.

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het lijdend voorwerp?
Memphis Depay heeft een doelpunt gemaakt.

Slide 11 - Question ouverte

Wat is de persoonvorm?
De scheidsrechter geeft een rode kaart.

Slide 12 - Question ouverte

Wat is het onderwerp?
De scheidsrechter geeft een rode kaart.

Slide 13 - Question ouverte

Wat is het lijdend voorwerp?
De scheidsrechter geeft een rode kaart.

Slide 14 - Question ouverte

Wat is de persoonvorm?
Het Nederlands elftal wint de wedstrijd

Slide 15 - Question ouverte

Wat is het onderwerp?
Het Nederlands elftal wint de wedstrijd

Slide 16 - Question ouverte

Wat is het lijdend voorwerp?
Het Nederlands elftal wint de wedstrijd.

Slide 17 - Question ouverte

Ik kan het lijdend voorwerp in een zin benoemen
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Sondage

Wat ga je doen?
Je gaat zelfstandig aan de slag met het werkblad. 
Op de kast liggen nakijkbladen. Je kijkt zelf na.

Klaar? Inleveren op de kast 

Klaar opdracht: computer 
Spelling blok 8 of een categorie kiezen
timer
10:00

Slide 19 - Diapositive

Hoe ging de les?
010

Slide 20 - Sondage

Dictee

Slide 21 - Diapositive