S18 - Het sprookje

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1,3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 240 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wat is jouw favoriete sprookje?

Slide 3 - Carte mentale

Lesdoelen
  1.  Je kent de typische eigenschappen van het literaire genre 'het sprookje' en je kan ze toepassen op een voorbeeld.
  2. Je kan de begrippen uit de verhaalanalyse toepassen op een sprookje.
  3. Ook oefen je met creatief schrijven, een belangrijk onderdeel van schrijfonderwijs.


Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

Waar komt het woord 'sprookje' vandaan?

Slide 6 - Carte mentale

Het sprookje
Het woord sprookje is afgeleid van het middeleeuwse 'sproke', dat verhaal of vertelling ('gesprokene') betekent. 

Het doelpubliek is veranderd doorheen de tijd. Als ongeschreven vertelling richtte een sproke zich tot ongeletterde volwassenen. Via de orale traditie kregen zij de moraliserende verhalen mee. Pas toen de gebroeders Grimm de verhalen begonnen te verzamelen en te publiceren, werden ze aangepast voor kinderen. Nu zijn sprookjes kinderverhalen met levenslessen.

Slide 7 - Diapositive

1. Kenmerken
1. Lees in je groepje de sprookjes en zoek gelijkenissen.
2. Noteer op het witte blad wat typisch is aan een sprookje.
3. Markeer de genoteerde kenmerken ook in de sprookjes.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Oefeningen - 2.2.2 Er was eens ...
Maak opdracht 1, 2 en 3 van de opbouw.

Slide 10 - Diapositive

2. Geschiedenis

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

3. Moderne toepassing

Slide 19 - Diapositive

Zijn sprookjes nog in?
ja
nee

Slide 20 - Sondage

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Op welke manieren komen sprookjes nog voor in het dagelijkse leven?

Slide 24 - Carte mentale

Reclame

Slide 25 - Diapositive

Opdracht: 2.2.4 Creatieve schrijfoefening
  • Ga naar 2.2.4 Uitbreiding: creatieve schrijfoefening (DM).
  • Werk individueel of in duo.
  • Laat je fantasie de vrije loop en schrijf zelf een creatief verhaal met een duidelijke moraal.
  • Aan het einde van dit leertraject leest iedereen zijn sprookje voor. Je laat de rest van de klas raden naar de moraal van je verhaal.

Slide 26 - Diapositive

Opdracht: 2.2.4 Creatieve schrijfoefening
De 1ste keer rollen met de dobbelsteen bepaalt het hoofdpersonage van je sprookje, de 2de de plaats waar het verhaal zich afspeelt, de 3de één of meerdere nevenpersonages en de laatste keer rollen geeft je een magisch voorwerp dat in je verhaal moet voorkomen. 

Slide 27 - Diapositive