Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Infinitief/ hele werkwoord
Het infinitief
Het infinitief is een ander woord voor het hele werkoord.
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositive de texte
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Het infinitief
Het infinitief is een ander woord voor het hele werkoord.
Slide 1 - Diapositive
welke werkwoorden ken je nog?
Slide 2 - Carte mentale
wat is het infinitief in deze zin:
De bakker op de hoek kan heerlijke taarten bakken.
Slide 3 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Morgen sjouwen we met zware dozen voor de verhuizing.
Slide 4 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Door het slechte weer zwemmen er geen toeristen in de zee.
Slide 5 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
De acteurs geven de gewonnen prijs aan een fan.
Slide 6 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Denk je dat zij volgend jaar de wedstrijd zullen winnen?
(let op hier zijn er twee)
Slide 7 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Manouk en Silas kunnen inmiddels aantonen dat zij geslaagd zijn.
(let op hier zijn er twee)
Slide 8 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Morgen aanschouwen de grootouders het toneelstuk van groep 8.
Slide 9 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Wil je deze brief morgen bij de tandarts afgeven?
Slide 10 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Leon en Dirk bedenken een nieuw spel voor kinderen tot 12 jaar.
Slide 11 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
De oude horloges staan al maanden stil
Slide 12 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Op de beurs presenteren de uitvinders hun fantastische uitvindingen.
Slide 13 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Mogen we doorgaan met taal?
(let op: hier zijn er twee)
Slide 14 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Josh en Wesley schitteren op het grote podium in de hal.
Slide 15 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
In de ochtend gaan we met de hele klas gezamenlijk ontbijten.
(let op hier staan er twee)
Slide 16 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Zien jullie die rode luchtballon daar?
Slide 17 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Zij praten ook altijd door elkaar heen!
Slide 18 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Meester Kees en juf Nienke lopen hand in hand.
Slide 19 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
de buren geven mijn ouders een cadeaubon voor het tuincentrum.
Slide 20 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Snappen Bodhi en Sven de taalopdrachten uit het werkboek?
Slide 21 - Question ouverte
wat is het infinitief in deze zin:
Vanaf nu kunnen alle klanten de nieuwe producten in de webshop bestellen.
(let op: hier zijn er twee)
Slide 22 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Infinitief/ hele werkwoord
Septembre 2024
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
HBO
MBO
NL blok 3 - week 6 - herhaling zinsdelen
Février 2021
- Leçon avec
24 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
werkwoordsvormen
Décembre 2023
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
HV2 week 10-1 les 7: herhaling zinsdelen, pv, ow, wg
Mars 2024
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Toetsvoorbereiding havo 2 grammatica
Novembre 2021
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Trede 10- Zinnen ontleden
Janvier 2021
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Werkwoorden vervoegen
Mars 2024
- Leçon avec
38 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 6: samengestelde zinnen + infinitief
Août 2023
- Leçon avec
32 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3