Immuniteit

Immuniteit
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 25 min

Éléments de cette leçon

Immuniteit

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe raak je besmet?
  • Ziekten veroorzaakt door ziekte verwekkende micro-organismen noemen we infectieziekten.
  • Infectie / besmetting: wanneer een ziekteverwekker je lichaam is binnengedrongen.
  • Je wordt niet altijd ziek. Goede weerstand: je lichaam dood de ziekteverwekkers

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat maakt je dan ziek?
Bacterie:
  • Vermeerderen door celdeling
  • Produceren giftige stoffen
Virus:
  • Dringt jouw cel binnen en maakt daar nieuwe virussen
  • Cel barst kapot (=dood) en nieuwe virussen gaan op zoek naar nieuwe cellen

Slide 3 - Diapositive

Je kunt uitleggen wat de verschillende soorten ziekteverwekkers in je lichaam doen waardoor je ziek wordt.
Hoe herkent je lichaam ziekteverwekkers?
Alle cellen hebben eiwitten op het celmembraan = antigenen

Je lichaam herkent welke antigenen van jou zijn (lichaamseigen) en welke antigenen dus niet (lichaamsvreemd). 

Slide 4 - Diapositive

Je kunt uitleggen hoe je lichaam de ziekteverwekkers kan herkennen.
Hoe bestrijden witte bloedcellen ziekteverwekkers? 
Twee soorten witte bloedcellen:
Type 1 - neemt bacteriën op en verteert ze (ook wel vreetcellen genoemd)

Type 2 - maakt antistoffen die aan de antigenen van de ziekteverwekker blijven plakken zodat hij onschadelijk wordt.

Slide 5 - Diapositive

Je kunt uitleggen welke 2 typen witte bloedcellen er zijn en op welke manier zij ziekteverwekkers bestrijden.
Hoe bestrijden witte bloedcellen ziekteverwekkers? 
  1. Er komen ziekteverwekkers in je lichaam.
  2. Witte bloedcel type 2 maakt een antistof (blauw) die precies past bij de antigenen (rood) van de ziekteverwekker.
  3. Deze witte bloedcellen type 2 gaan zich snel delen en samen heel veel antistof maken.
  4. De antistof koppelt aan de antigenen van de ziekteverwekker en schakelt hem uit.
  5. Witte bloedcel type 1 vreet de uitgeschakelde ziekteverwekker op.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoveel soorten antigenen en antistoffen
Ieder soort ziekteverwekker heeft een uniek type antigeen (herkenningseiwit) op zijn celmembraan.

Dat betekent dat voor ieder type antigeen een apart soort antistof gemaakt moet worden.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Immuun
Na een infectie maakt je geheugencellen tegen de ziekteverwekker.
Word je nog een keer besmet met dezelfde ziekteverwekker, dan herkennen deze geheugencellen de antigenen en gaan ze antistoffen maken voordat je ziek wordt

Slide 8 - Diapositive

Je kunt uitleggen hoe je immuun wordt.

Bijvoorbeeld : 
Waterpokken maar 1x in je leven.
De geheugencellen herkennen de antigenen van de ziekteverwekker en maken snel antistoffen. Je bent immuun.
Actieve immuniteit
Je lichaam maakt zelf antistoffen

1. Door besmetting met een ziekteverwekker.

2. Door vaccinatie met antigenen van de ziekteverwekker.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Passieve immuniteit
Je krijgt antistoffen binnen 

1. Door een injectie met antistoffen

2. Bij baby's via de moeder

Het lichaam maakt zelf geen antistoffen en dus ook geen geheugencellen!

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

9.2
blz. 169

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicijnen tegen ziekteverwekkers
Antibiotica: werken tegen infectieziekten door bacteriën. Beschadigen de celwand, bacterie gaat dood. Bacteriën kunnen na verloop van tijd resistent worden tegen antibiotica.

Virusremmers: virussen zitten in je cel en zijn niet met medicijnen te bestrijden. Virusremmers kunnen werkingen virussen vertragen (HIV-remmers, koortslipzalfje)

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een antigeen?
A
Een ziekteverwekker
B
Een herkenningseiwit aan buitenkant cel
C
Een gen die cellen doodmaakt
D
Een gen die overal tegen is

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke kleur heeft hier het antigeen?
A
Geel
B
Oranje
C
Blauw

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

antistoffen
Ziekteverwekker
antigenen

Slide 16 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn antistoffen?
A
eiwitten aan de buitenkant van de ziekteverwekker
B
Stofje dat zich hecht aan de ziekteverwekker

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Actieve immunisatie
Passieve immunisatie
Je lichaam maakt zelf antistoffen
Antistoffen worden je lichaam ingespoten

Slide 18 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Natuurlijk
Kunstmatig
Antistoffen vanuit de moeder
Inenten tegen hepatitis b
Antigif voor een insectenbeet
Ziek worden en antistoffen aanmaken

Slide 19 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom wordt er bij een tweede besmetting sneller en meer antistoffen aangemaakt?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de wijze van antistoffen krijgen naar de juiste vormen van immuun worden
Actieve kunstmatige immunisatie
actieve natuurlijke immunisatie
passieve kunstmatige immunisatie
passieve natuurlijke immunisatie
antistoffen binnen krijgen via borstvoeding
antistoffen krijgen via een serum
antistoffen maken na een HPV vaccinatie
antistoffen maken door dat je het griepvirus binnen krijgt.

Slide 21 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de plaatjes onder de goede tekst.
De ziekteverwekker dringt het lichaam binnen.
Bepaalde witte bloedcellen produceren antistoffen.
De antistoffen hechten zich aan de lichaamsvreemde stof op het oppervlak van de ziekteverwekker.
De ziekteverwekker is met antistoffen bedekt en daardoor onschadelijk gemaakt.

Slide 22 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Je ziet in deze grafiek dat er na een inenting heel veel
antistoffen aanwezig zijn in het lichaam. De antistoffen
nemen geleidelijk af totdat er geen antistoffen meer over
zijn.
Is dit een voorbeeld van passieve of actieve immunisatie?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doen antistoffen?
A
Plakken aan de ziekteverwekker
B
Eten de ziekteverwekker op
C
Die zorgen ervoor dat je ziek wordt
D
Dat zijn ziekteverwekkers

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Door het inenten komt in het bloed de vorming van antistoffen tegen hepatitis A op gang.
Welke bloeddeeltjes maken antistoffen?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Is iemand die een injectie met antistoffen heeft gehad na een jaar nog steeds immuun? Leg uit.

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions