7.1 Gezond eten
1 / 16
La durée de la leçon est: 20 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
welke 3 invloeden zijn voor je eetgewoonte van belang?
A
voorkeur eten, plek waar je woont, geloof
B
voorkeur eten, plek waar je woont, ouders
C
ouders, geloof, man of vrouw
D
dik of dun, geloof, plek waar je woont
Slide 2 - Quiz
Voedingsstoffen zijn...
A
Bestanddelen van voedingsmiddelen
B
Alle bouwstoffen in voedingsmiddelen
C
Alle brandstoffen in voedingsmiddelen
D
Alle calorieën in voedingsmiddelen
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
In je voeding zit voedingsvezel.
In welke voedingsmiddelen zit voedingsvezel?
In welke voedingsmiddelen zit voedingsvezel?
A
In dierlijke voedsel
B
In plantaardig voedsel
C
In beide
D
In geen van beide
Slide 6 - Quiz
Wat zijn voedingsvezels?
A
Wat je gewend bent te eten, hoe je eet en wanneer je dat doet
B
Alles wat je eet of drinkt
C
Bruikbare bestandsdelen van voedingsmiddelen
D
Alle onverteerbare stoffen in plantaardig voedsel, die de spieren in je darmen activeren
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Wat is de functie van de schijf van vijf?
A
Het helpt je niet dik te worden
B
Het geeft aan hoe je gezond leeft
C
Het helpt je om gezond en gevarieerd te eten
D
Het maakt menu's om gezond te eten
Slide 9 - Quiz
Voedselbederf ontstaat door..........
A
schimmels
B
celdeling
C
bacteriën
D
schimmels en bacteriën
Slide 10 - Quiz
Wat moet je doen om voedselbederf te voorkomen?
A
Snel opeten
B
Conserveren
C
In de aanbieding kopen
Slide 11 - Quiz
Wanneer is de kans op voedselbederf groter, in de zomer of in de winter?
A
Winter: micro-organismen delen zich sneller bij warm weer
B
Zomer: micro-organismen delen zich sneller bij koud weer
C
Zomer: micro-organismen delen zich sneller bij warm weer
D
Winter: micro-organismen delen zich sneller bij koud weer
