Nieuwsbegrip de Afrikaanse olifant

Nieuwsbegrip de Afrikaanse olifant
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 7,8

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Nieuwsbegrip de Afrikaanse olifant

Slide 1 - Diapositive

Wat betekent het woord continent?
Er zijn 2 antwoorden goed.
A
Een van de vijf Grote werelddelen van de aarde
B
Een groot landmassa omgeven door water
C
Een klein eiland in de oceaan
D
Een gebied met veel bergen en heuvels

Slide 2 - Quiz

Hoeveel continenten zijn er op aarde?
A
8
B
5
C
6
D
7

Slide 3 - Quiz

Welke van de volgende is geen continent?
A
Azië
B
Afrika
C
Australië
D
Groenland

Slide 4 - Quiz

Welk continent is het grootste?
A
Afrika
B
Noord-Amerika
C
Azië
D
Zuid-Amerika

Slide 5 - Quiz

Welke 2 begrippen passen bij dit plaatje?

Slide 6 - Question ouverte

Wat betekent 'lokaal' in 'lokale boeren'?
A
In de buurt of regio.
B
In een specifieke winkel.
C
In het buitenland.
D
In de stad.

Slide 7 - Quiz

Wat betekent het als je iemand probeert te vermijden?

Slide 8 - Question ouverte

Wat zijn gewassen?
A
Dieren die in het wild leven.
B
Vruchten die aan bomen groeien.
C
Planten die worden geteeld voor voedsel of grondstoffen.
D
Bomen die in het bos staan.

Slide 9 - Quiz

Wat betekent het woord populatie?
A
Een groep individuen van dezelfde soort.
B
Een grote stad met veel inwoners.
C
Een verzameling van boeken.
D
Een politieke beweging.

Slide 10 - Quiz

Waarom worden gewassen geteeld?
A
Om de temperatuur te reguleren.
B
Om de grond schoon te houden.
C
Om voedsel te produceren voor mensen en dieren.
D
Om de lucht te zuiveren.

Slide 11 - Quiz

Continent
Stroperij
populatie
ivoor
Werelddeel. Groot stuk land omringd door water
Het afschieten van wilde dieren voor geld
Een groep individuen van dezelfde soort
de slagtanden van een olifant zijn van dit materiaal

Slide 12 - Question de remorquage

Dit waren 7 begrippen: Continent, populatie, stroperij, ivoor, lokale boeren, vermijden en gewassen. Hoeveel van deze woorden ken je nu?
07

Slide 13 - Sondage

Wat vond je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Sondage