begrijpen van een schrijfopdracht

1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Maak een schrijfplan

Slide 6 - Diapositive

Wat voor soort tekst maak je bij deze opdracht?
A
een brief
B
een bericht
C
een verslag
D
een poster

Slide 7 - Quiz

Wat is het doel van jouw tekst?

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Diapositive

Nog een keer oefenen
Opdracht:

Je hebt met een aantal studenten een uitstapje georganiseerd naar de schaatsbaan. Er zijn veel andere studenten gekomen en jullie hebben ook bij het restaurant wat gedronken. Het was leuk maar niet alles is even goed gegaan. Je maakt een verslag van het uitstapje voor je docenten.          

Slide 10 - Diapositive

Lees de opdracht: verslag schrijven

Je hebt met een aantal studenten een uitstapje georganiseerd naar de schaatsbaan. Er zijn veel andere studenten gekomen en jullie hebben ook bij het restaurant wat gedronken. Het was leuk maar niet alles is even goed gegaan. Je maakt een verslag van het uitstapje voor je docenten.                                 

In het verslag:
 introduceer je het onderwerp;
 beschrijf je wat jullie hebben gedaan tijdens het uitstapje. Leg ook uit waarom  jullie voor deze activiteit hebben gekozen;
 leg je uit wat er goed ging tijdens het uitje. Noem minimaal twee positieve reacties van studenten;
 leg je uit wat er minder goed ging tijdens het uitstapje. Leg uit waarom dit   vervelend was;
 noem je minimaal twee verbeterpunten voor een volgend uitstapje;
 sluit je af met een persoonlijke conclusie over het uitstapje.
Je mag de informatie zelf verzinnen.





Slide 11 - Diapositive

Wat is het doel van de tekst die je schrijft?
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen/overhalen

Slide 12 - Quiz

Wat/ wie is je publiek: voor wie maak je dit verslag?
A
voor de studenten
B
voor mezelf
C
voor de docenten
D
voor de directeur

Slide 13 - Quiz

Waar moet je dan aan denken bij je taalgebruik?

Slide 14 - Question ouverte

Wat is een goede titel voor de tekst bij deze opdracht?

Slide 15 - Question ouverte

Hoe zou je het verslag kunnen beginnen (het onderwerp introduceren)?

Slide 16 - Question ouverte

Mogelijke beginzinnen:
  • Dit is een verslag over het uitstapje naar de ijsbaan.
  • In januari hebben we een uitstapje naar de ijsbaan georganiseerd. Dit is een verslag over dit uitstapje.
  • In dit verslag vertel ik hoe het uitstapje naar de ijsbaan is gegaan.
  • ...

Slide 17 - Diapositive

Tip: zelf nakijken!!!
Lees altijd je tekst zelf goed door.
Controleer of je alles uit de opdracht hebt gedaan.
Controleer of je goede zinnen hebt gemaakt en alles duidelijk is.
Controleer je spelling en of je hoofdletters en punten hebt gezet

Slide 18 - Diapositive

Wat wil jij nog graag oefenen?

Slide 19 - Question ouverte