Verkoopgesprek
1 / 12
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Een klant komt de winkel binnen. De verkoopmedewerker begroet de klant. Wat is het juiste moment voor de verkoopmedewerker om met de klant een verkoopgesprek te voeren?
A
Bij binnenkomst
B
Op het moment dat de klant iets vraagt.
C
Op het moment dat de klant een kledingstuk gaat passen
D
Op het moment dat de klant zoekend rondkijkt.
Slide 2 - Quiz
Wat is belangrijk als je in een winkel werkt?
A
Representatief eruit zien
B
Zelfvertrouwen hebben
C
Kennis van producten hebben
D
Goed kunnen luisteren en reageren op klanten.
Slide 3 - Quiz
Productkennis is belangrijk.
Je hebt verstand van de artikelen die je verkoopt. Als de klant vraagt van welk materiaal de trui is gemaakt noem je dat...
Je hebt verstand van de artikelen die je verkoopt. Als de klant vraagt van welk materiaal de trui is gemaakt noem je dat...
A
Commerciële artikelkennis
B
Technische artikelkennis
C
Praktische artikelkennis
D
Basis artikelkennis
Slide 4 - Quiz
Tim is op zoek naar een nieuw paar voetbalschoenen en vraagt om jouw hulp. Welke vraag kun je hem stellen?
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Vidéo
Wat betekent THT?
Slide 7 - Question ouverte
Wat is een voorbeeld van een medewerker die het visitekaartje van het bedrijf is?
A
De medewerker geeft een naamkaartje aan de klant
B
De medewerker laat met zijn gedrag een positief beeld van het bedrijf zien.
C
De medewerker staat op een poster van het bedrijf
D
De medewerker staat op de klantenkaart van het bedrijf.
Slide 8 - Quiz
Je verkoopt een paar Nike Jordans aan een klant. Wat kun je proberen bij te verkopen?
Slide 9 - Question ouverte
Wat is een zichttermijn?
A
Dat je een product even mag bekijken en uitproberen
B
Dat je je product bijvoorbeeld binnen 14 dagen nog terug mag sturen en je geld terugkrijgt.
C
Dat je goed zicht hebt op een product
D
een abonnement
Slide 10 - Quiz
Wat is een voorbeeld van diefstalpreventie?
A
Het geven van een boete aan een dief
B
Fouilleren van een verdachte van diefstal
C
Bellen van de politie na een diefstal
D
Tassencontrole bij de ingang
