SBL EF 21/22 les 3: Plannen

• Studievaardigheden
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Lessenserie 'Executieve Functies'

Les 1: Introductie
Les 2: Doel stellen
Les 3: Plannen
...

Vorige week...

...hebben we allemaal doel gesteld bij een zelf uitgekozen EF.

Veel van jullie geven aan dat plannen een lastige EF is. Vandaag gaan we bespreken wat plannen is, en hoe je hiermee aan het werk gaat.

Plannen

Plannen is dus een van de executieve functies. Waar denk je zelf aan bij het woord 'plannen'? Denk hier een minuut over na.

plannen

De doelen van vandaag

- Een simpel plan schrijven

- Stappen richting een einddoel zetten

- Het nut van plannen inzien

'Plannen en organiseren'

...klinkt als een groot, ingewikkeld ding. Plannen en organiseren kan ingewikkeld en nieuw lijken, maar eigenlijk oefen je hier je hele leven al mee.

Denk aan bouwen met Lego, ochtendritueel en eenvoudige schooltaken.

Op de volgende slides...

Staat steeds een activiteit die gepland moet worden. Geef per activiteit aan welke vijf stappen je doorloopt om dit goed uit te kunnen voeren.

Dit kunnen piepkleine stapjes zijn, die soms maar een paar seconden duren.

1. Welke vijf stappen doorloop je om 's ochtends naar school te gaan?

2. Welke vijf stappen doorloop je als je huiswerk maakt?

3. En welke vijf als je een kampvuur maakt?

4. Wat moet je doen (weer vijf stappen) als je een zandkasteel wilt bouwen?

Stappenplannen

Je ziet dat veel (of alle!) activiteiten kunnen worden onderverdeeld in deelstappen.

Noem drie schoolopdrachten die je in stappen kunt verdelen.

Hierna

... ga je een van die schoolopdrachten in zeven stappen verdelen. Denk nu eerst goed na over welke stappen dit zijn.

Stap 1

Stap 2

Stap 3

Stap 4

Stap 5

Stap 6

Stap 7

Een misstap

Als je een van de kleine deelstappen niet zet, kan je opdracht/activiteit soms niet helemaal goed lopen.

Een goede planning begint dus met nadenken over welke stappen je moet zetten om iets goed uit te kunnen voeren.

Pas daarna ga je hier verder mee aan de slag (organiseren).

Wanneer ging iets mis doordat je niet goed had gepland?

Geef nog een voorbeeld van een activiteit die slaagde omdat je goed gepland had.