Herhaling §4.3 , §4.4

Herhaling §4.3 & §4.4
De Holocaust & Oorlog buiten Europa
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Herhaling §4.3 & §4.4
De Holocaust & Oorlog buiten Europa

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Terugblik paragraaf §4.3 de Holocaust
  • Herhalingsvragen §4.3 de Holocaust

  • Terugblik paragraaf §4.4 Oorlog buiten Europa
  • Herhalingsvragen §4.4 Oorlog buiten Europa

Slide 2 - Tekstslide

Waar ging §4.3 de Holocaust over?
  • De Holocaust, concentratiekampen, vernietigingskampen
  • De Jodenvervolging, opsporen Joden, onderduiken 
  • Groeiende antisemitisme in Duitsland  
  • Vooroordelen 
  • Rassenleer en de versterking door de leider Adolf Hitler 
  • Mein Kampf, propaganda, vooroordelen, onjuiste theories

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen §4.3
  • In deze paragraaf leer je welk antisemitisme er was in Duitsland.
  • In deze paragraaf leer je hoe Joden werden vervolgd vanaf 1933.
  • In deze paragraaf leer je hoe de Holocaust plaatsvond.

Slide 4 - Tekstslide

In welke tijdvak was er al haat tegenover het Jodendom?
A
Industriële revolutie
B
Middeleeuwen
C
Gouden Eeuw
D
Jagers en verzamelers

Slide 5 - Quizvraag

Hoe noemen we haat tegen het Jodendom?

Slide 6 - Woordweb

1933
1939
1941
1945
Discriminatie
Joden werden door de Duitsers in het openbaar gediscrimineerd en vernederd 
Duitsers en macht
Door de veroveringen krijgen Duitsers steeds meer Joden in macht 
Plan van aanpak
De Duitsers besluiten om de Joden systematisch te vermoorden en ze te deporteren in kampen.
de Holocaust
De nazi's vermoorden in totaal zes miljoen Europese Joden. Ook vermoorden de nazi's Roma's, Sinti's en homoseksuelen. 

Deze grote genocide in geschiedenis noemen we de Holocaust.

Slide 7 - Sleepvraag

Wat betekent het begrip ''vooroordelen''?

Slide 8 - Open vraag

3

Slide 9 - Video

00:21
Welk begrip past het best bij deze video?
A
verzet
B
intimidatie
C
indoctrinatie
D
collaborateur

Slide 10 - Quizvraag

00:54
Waar werden de Joden weggevoerd en vermoord?

Slide 11 - Open vraag

01:33
Wat heeft Arnold van den Bergh gedaan?
A
De nazi's geholpen door geld te geven
B
De nazi's tegen te houden door verzet en te staken
C
De nazi's geholpen door adressen te geven van Joodse onderduikers
D
De nazi's weg te jagen door geweld en intimidatie te gebruiken

Slide 12 - Quizvraag

Zet ze in de juiste volgorde
1.
2.
3.
4.
Er bestonden vooroordelen over Joden in Duitsland
Deze idee werd versterkt nadat Adolf Hitler aan de macht komt 
Hij hield zich aan de zogeheten ''rassenleer theorie'' 
Het antisemitisme neemt toe en Joden worden in het openbaar gediscrimineerd en vernederd

Slide 13 - Sleepvraag

Slide 14 - Link

Welk regel van de nazi's valt jou op en waarom?

Slide 15 - Open vraag

0

Slide 16 - Video

Welk begrip past het best bij deze video?
A
razzia's
B
concentratiekampen
C
censuur
D
blitzkrieg

Slide 17 - Quizvraag

De Duitsers kregen door hun geslaagde veroveringen meer Joden in hun ________, zij wisten nog niet wat ze moesten doen met de Joden. Totdat de Duitsers besloten de Joden op ______________________ te vermoorden. 

De nazi's bouwden __________________ __ op in Polen en werden de joden _____________. Sterke mannen en vrouwen moesten _______________ verrichten. Ouderen, kinderen en zieken werden meteen  _______________.
Zet ze in de juiste volgorde
macht 
systematisch wijze
vernietigingskampen
gedeporteerd
dwangarbeid
vermoord

Slide 18 - Sleepvraag

Waarom mochten Joden niet trouwen of seks hebben met een ander ras?

Slide 19 - Open vraag

Leerdoelen §4.3
  • In deze paragraaf leer je welk antisemitisme er was in Duitsland.
  • In deze paragraaf leer je hoe Joden werden vervolgd vanaf 1933.
  • In deze paragraaf leer je hoe de Holocaust plaatsvond.

Slide 20 - Tekstslide

Waar ging §4.4 Oorlog buiten Europa over?
  • Japan wilt net zoals Duitsland een groter rijk/keizerrijk.
  • Japan in de jaren 30 hield zich druk bezig met industrie.
  • In 1936 sloot Japan een bondgenootschap samen met Duitsland en Italië. 
  • Japan viel landen aan in Azië zoals, China, Korea en Nederlands-Indië.
  • Japan raakte direct betrokken in de oorlog na de aanval op Pearl Harbor.
  • Andere landen zoals Suriname, Curaçao, V.S en Canada raakte ook betrokken in de wereldoorlog.

Slide 21 - Tekstslide

Leerdoelen §4.4
  • In deze paragraaf leer je hoe de oorlog in Azië verliep
  • In deze paragraaf leer je hoe Japan de bezette gebieden behandelde
  • In deze paragraaf leer je hoe andere werelddelen betrokken waren bij de wereldoorlog

Slide 22 - Tekstslide