Theorie: aanwijzend voornaamwoord:
* Wijst een mens, een dier of een ding aan;
* Het kan voor een zelfstandig naamwoord staan;
* Het kan ook alleen staan in de zin (vaak kun je het zelfstandig naamwoord er wel achter denken).
Aanwijzende voornaamwoorden:
deze, die, dat, dit, zulke, zo'n dergelijke, zelf, hetzelfde, dezelfde.