Stofwisseling Bs 6 + 7 + 8

Voortgezette assimilatie
De vorming van andere organische stoffen uit glucose

Dit kost energie.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Voortgezette assimilatie
De vorming van andere organische stoffen uit glucose

Dit kost energie.

Slide 1 - Tekstslide

Koolhydraten
Zie binas

Slide 2 - Tekstslide

monosachariden
disachariden

Slide 3 - Tekstslide

polysachariden
Lange suikerketens.

Zetmeel: rechte keten
cellulose: celwanden 
glycogeen: vertakt (dierlijke cellen)

Slide 4 - Tekstslide

Vetten (lipiden)
Verschillende soorten vet.
Vetten bestaan uit dezelfde atomen als glucose (C,H,O). Alle organismen kunnen glucose omzetten in vetten.

Slide 5 - Tekstslide

Eiwitten (proteïne)
Opgebouwd uit verschillende aminozuren.
20 verschillende aminozuren (Binas).

Bevat C,H,O en N (stikstof). Soms ook S (zwavel).
Eiwitten kunnen niet uit alleen glucose worden gevormd.
Planten kunnen aminozuren maken uit glucose en stikstofhoudende verbindingen, zoals nitraat (NO3-)

Slide 6 - Tekstslide

Aminozuren
Voor aminozuren met zwavel moet de plant sulfaat opnemen uit bodem (SO42-).
Dieren kunnen geen aminozuren bouwen uit glucose, wel uit aminozuren uit voeding

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Eiwit
Volgorde van aminozuren bepaald vorm van het eiwit.

Door verschillende vormen ook verschillende functies:
kanaaltje, enzym, transportenzym, bouwstof etc.

Slide 9 - Tekstslide

Maken 18 + 19
+- 10 minuten

Slide 10 - Tekstslide

Bs 7: enzymen
Stofwisselingsreacties (assimilatie+dissimilatie) berusten op beweging van moleculen en botsingen tussen moleculen.
Hierbij  kunnen bindingen ontstaan of  worden verbroken. 

Omstandigheden in cellen bepalen hoe snel de moleculen bewegen en dus ook hoe vaak ze botsen -> vaak verlopen de reacties traag of helemaal niet.

Slide 11 - Tekstslide

Enzymen
Zijn eiwitten die chemische reacties versnellen (katalyseren). 
Enzymen gaan hierbij niet kapot. Ze kunnen dus vaak worden gebruikt. 

De stof voor de reactie noem je het substraat, de stof na de reactie noem je het product.

Slide 12 - Tekstslide

Enzymen
Zijn substraatspecifiek

enzym-substraatcomplex

knippen of verbinden

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Enzymactiviteit
Afhankelijk van temperatuur en PH.

Dit kan per enzym verschillen!

Slide 15 - Tekstslide

Maak 20 + 21
en 18+19 als je die nog niet af had

Slide 16 - Tekstslide

Bs 8 intensiteit stofwisseling
Intensiteit is afhankelijk van activiteiten van organisme.

Basale stofwisseling: minimale stofwisseling die nodig is om in rust te functioneren. 
Afhankelijk van: geslacht, leeftijd, gewicht, jaargetijde en lichaamstemperatuur.
Koudbloedig/warmbloedig

Slide 17 - Tekstslide

Intensiteit fotosynthese
Afhankelijk van:
sterkte/kleur licht, beschikbare hoeveelheid water+CO2, temperatuur en hoeveelheid bladgroen.
Mist één van de factoren? ->geen fotosynthese.

Slide 18 - Tekstslide

Aan het werk....
Maken 23-28
Daarna:
Practicum voorbereiden, onderzoek schrijven t/m werkplan
Samenvatting maken/samen het hoofdstuk doorspreken
 of D.T. maken

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide