Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Online les 16 zinsdelen
Waar zijn we gebleven?
zinsdelen
pv, inf, vdw
wwg
ond
lv
1 / 24
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
24 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Waar zijn we gebleven?
zinsdelen
pv, inf, vdw
wwg
ond
lv
Slide 1 - Tekstslide
Onderwerp
De Chinese theepot is gebroken.
De theepot die in China gekocht is, is gebroken.
De vervallen schuur is afgebroken.
De schuur, die helemaal vervallen was, is afgebroken.
Slide 2 - Tekstslide
Rollen van het werkwoord
1.
Ik
heb vanochtend hard gewerkt.
2.
Een beroep als programmeur
kon
je
vroeger niet kiezen.
3.
Ze
schrijven
een brief
aan de minister
.
Slide 3 - Tekstslide
Het lijdend voorwerp
heeft de tweede rol in de zin
ondergaat de handeling
kan een persoon, dier of ding zijn
Slide 4 - Tekstslide
Lijdend voorwerp
Slide 5 - Tekstslide
Kan bij het werkwoord een lijdend voorwerp staan?
Lijdend voorwerp kan
Lijdend voorwerp kan niet
vangen
lachen
uitlachen
groeien
vragen
skateboarden
Slide 6 - Sleepvraag
Uitdaging: maak een foto van een situatie zónder lijdend voorwerp
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Het werkwoord is de baas
Het werkwoord bepaalt of er een lijdend voorwerp in de zin staat of niet.
Het werkwoord deelt rollen uit: ow en lv.
Het werkwoord geeft de actie aan! Het is de regisseur van de zin.
Slide 14 - Tekstslide
Hoeveel rollen zijn er?
Slide 15 - Tekstslide
iemand (of iets) voert de handeling uit:
rol 1
iemand (of iets) ondergaat de handeling:
rol 2
aan/voor iemand of iets: de derde persoon die een rol speelt:
rol 3
De beroemde acteur Brad Pitt
geeft een kostbare ring
aan zijn vriendin.
De volgorde kan ook anders:
De beroemde acteur Brad Pitt (1) geeft zijn vriendin (3) een kostbare ring (2).
Slide 16 - Tekstslide
Let op
Het lijdend voorwerp heeft géén voorzetsel.
Ik (rol 1) kook
een pan soep
(rol 2).
Ik (rol 1) kook
in de keuken
(geen rol).
Ik (rol 1) kook
met mijn vader
(geen rol).
Slide 17 - Tekstslide
Bedenk een werkwoord dat drie rollen kan uitdelen.
Slide 18 - Open vraag
Ik eet een ijsje.
A
wel een lijdend voorwerp
B
geen lijdend voorwerp
Slide 19 - Quizvraag
Ze gaat naar de bioscoop met haar vriendin.
A
wel een lijdend voorwerp
B
geen lijdend voorwerp
Slide 20 - Quizvraag
Zij drogen zich af na het watergevecht.
A
wel een lijdend voorwerp
B
geen lijdend voorwerp
Slide 21 - Quizvraag
Conclusie
Het werkwoord is de baas en deelt rollen uit.
Minimaal één rol, maximaal drie.
Het lijdend voorwerp is rol 2. Het ondergaat de handeling.
Het lijdend voorwerp begint niet met een voorzetsel.
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Zinsdelen les 3
Mei 2020
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Grammatica 2 les 2 - week 20
Mei 2020
- Les met
24 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
G1A zinsdelen tweede les
Mei 2020
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Het benoemen van de rollen
April 2020
- Les met
30 slides
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
grammatica 4-lv en mw.vw
Januari 2021
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
rollen werkwoorden
Mei 2022
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Lijdend voorwerp
November 2022
- Les met
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Zinsdelen les 4
Mei 2020
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1