Thema 4 (BS 4 + 5) Regeling 3KB

Het zenuwstelsel verwerkt impulsen die afkomstig zijn van zintuigen.
A
juist
B
onjuist
1 / 19
volgende
Slide 1: Quizvraag
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Het zenuwstelsel verwerkt impulsen die afkomstig zijn van zintuigen.
A
juist
B
onjuist

Slide 1 - Quizvraag

Welke zenuwcellen geleiden impulsen van het centrale zenuwstelsel naar klieren?
A
gevoelszenuwcel (nr. 1)
B
schakelcellen (nr. 2)
C
bewegingszenuwcel. (nr. 3)

Slide 2 - Quizvraag

Gemengde zenuwen

Slide 3 - Tekstslide

De zenuw in de carpale tunnel in de hand is een gemengde zenuw.

In welke richting geleidt deze zenuw de impulsen?
A
In beide richtingen
B
alleen naar de vingers toe.
C
alleen vanuit de vingers in de richting van de pols.

Slide 4 - Quizvraag

Via welk type zenuwcellen worden de impulsen naar het ruggenmerg geleid?
A
bewegingszenuwcel
B
gevoelszenuwcel
C
schakelcellen

Slide 5 - Quizvraag

Via welk type zenuwcellen worden de impulsen van het ruggenmerg naar de hersenen geleid?
A
bewegingszenuwcel
B
gevoelszenuwcel
C
schakelcellen

Slide 6 - Quizvraag

Welke letter geeft een uitloper aan?
A
A
B
B
C
C

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

De spieren van een koorddanser werken op het juiste moment, in de juiste volgorde samen zodat hij niet van het koord valt.
Welk orgaan zorgt ervoor dat deze spieren zo nauwkeurig kunnen samenwerken?
A
de grote hersenen
B
de kleine hersenen
C
de hersenstam
D
het ruggenmerg

Slide 12 - Quizvraag

Delen van de hersenen zijn:
1. bewegingscentra in de hersenschors.
2. gevoelscentra in de hersenschors
3. hersenstam
4. kleine hersenen
Welke van deze delen zijn betrokken bij het tikken van een brief op de computer?
A
alleen de delen 1 en 2
B
alleen de delen 2 en 3
C
alleen de delen 1, 3 en 4
D
de delen 1,2,3 en 4

Slide 13 - Quizvraag

Alcohol kan invloed hebben op:
A
alleen de grote hersenen
B
alleen de kleine hersenen
C
zowel de grote hersenen als de kleine hersenen
D
niet op de grote hersenen en ook niet op de kleine hersenen

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Zie je hier een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 17 - Quizvraag

Zie je hier een bewuste reactie of een reflex?
A
bewuste reactie
B
reflex

Slide 18 - Quizvraag

Bij pasgeboren baby's zijn reflexen aanwezig, twee daar van zijn de grijpreflex en zuigreflex.
Bij welke reflex speelt de hersenstam een rol?
A
zowel bij de grijpreflex als bij de zuigreflex.
B
alleen bij de grijpreflex en niet bij de zuigreflex.
C
Niet bij de grijpreflex, maar wel bij de zuigreflex.

Slide 19 - Quizvraag