Cursus eindexamen p.314-336, opdr. 12, 13, 14

15 februari
1. Opdracht 12, 13, 14, p.336
2. oefening signaalwoorden
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

15 februari
1. Opdracht 12, 13, 14, p.336
2. oefening signaalwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Vraag 12

Slide 2 - Open vraag

Vraag 13

Slide 3 - Open vraag

Opdracht 14

Slide 4 - Open vraag

Oefening signaalwoorden/tekstverbanden

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een tekstverband?

Slide 6 - Woordweb

Hoeveel signaalwoorden? Winkels moeten gewoon weer dicht op zondag. We hebben immers allemaal onze rust nodig, winkelende mensen net zo goed als winkeliers. Daarnaast is het toch helemaal niet nodig om elke dag te winkelen?

Slide 7 - Open vraag

Mijn broertje eet graag pannenkoeken, pizza's en hamburgers. Tekstverband?
A
middel/doel
B
tegenstelling
C
voorwaarde
D
opsomming

Slide 8 - Quizvraag

Welk signaalwoord hoort bij het tekstverband toelichting?
A
ten eerste
B
denk hierbij aan
C
al met al
D
om te beginnen

Slide 9 - Quizvraag

Welk signaalwoord hoort NIET bij het tekstverband vergelijking?
A
zoals
B
zowel...als
C
evenals
D
net als

Slide 10 - Quizvraag

Welk signaalwoord hoort bij het tekstverband redengevend?
A
immers
B
dus
C
mits
D
waarmee

Slide 11 - Quizvraag

Welk tekstverband gebruik je om dingen achterelkaar op te noemen?
A
concluderend tekstverband
B
uitleggend tekstverband
C
opsommend tekstverband
D
voorwaardelijk tekstverband

Slide 12 - Quizvraag

Hij is even groot als ik.
Signaalwoord en tekstverband?
A
signaalwoord: als tekstverband: uitleggend
B
signaalwoord: als tekstverband: vergelijking
C
signaalwoord: als tekstverband: doel - middel
D
signaalwoord: als tekstverband: samenvattend

Slide 13 - Quizvraag

Omdat het glad is, ga ik lopend naar school. Tekstverband?
A
doel-middel
B
tegenstelling
C
voorwaardelijk
D
redengevend

Slide 14 - Quizvraag

Een ander woord voor "standpunt" is
A
visie
B
kritiek
C
idee
D
betoog

Slide 15 - Quizvraag

Welke tekstverbanden
ken je?

Slide 16 - Woordweb