Zelfstandig naamwoord (ZN)
Een zelfstandig naamwoord herkennen:
- Vóór een zelfstandig naamwoord kan je een lidwoord (de, het, een) zetten (de egel - een egel, het verhaal - een verhaal)
- Een zelfstandig naamwoord heeft (meestal) een enkelvoud en een meervoud
(egel - egels, verhaal - verhalen)
- Je kunt er vaak een verkleinwoord van maken
(egel - egeltje, verhaal - verhaaltje)