Les 3 ONO blok 3

ONO Periode 3
Energiesystemen                                                                           blz.24
Invloed van training (kracht / duur / krachtuith. verm) blz. 25
Trainingsleer (supercompensatie)                                        blz. 26
De 1 RM schattingstest                                                               blz. 28
Thema 9 Biomechanica                                                             blz. 29
De spieren                                                                                        blz. 30 
Circuit training                                                                               blz. 42

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
ONOMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

ONO Periode 3
Energiesystemen                                                                           blz.24
Invloed van training (kracht / duur / krachtuith. verm) blz. 25
Trainingsleer (supercompensatie)                                        blz. 26
De 1 RM schattingstest                                                               blz. 28
Thema 9 Biomechanica                                                             blz. 29
De spieren                                                                                        blz. 30 
Circuit training                                                                               blz. 42

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog van de vorige les en energiesystemen

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Video

Wat heb je onthouden van dit filmpje?

Slide 4 - Woordweb

Alles in één tabel

Slide 5 - Tekstslide

Vraag:
Noem de energiesystemen en noem een sport(onderdeel) bij ieder energiesysteem waarvoor dat energiesysteem de belangrijkste energieleverancier is.




timer
1:00

Slide 6 - Tekstslide

Schrijf hier de 3 energiesystemen en welke sport daarbij hoort. Denk aan de tabel!

Slide 7 - Open vraag

Invloed van Training
- vergroten van kracht
- vergroten van uithoudingsvermogen
- vergroten van spieruithoudingsvermogen
Hypertrofie (spier groei)

Slide 8 - Tekstslide

Krachttraining
  • Krachttraining is een belasting waarbij de sporter een grotere weerstand ondervindt dan hij/zij gewend is. 
  • Hoge intensiteit en een laag aantal herhalingen
  • Het maximaal herhalen van een submaximale weerstand (80/90 % van de maximaal kracht)

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld van krachttraining
10 herhalingen
80 %
4 series
1 minuut pauze

Slide 10 - Tekstslide

Effecten van krachttraining
  • verbetering van de coördinatie (eerste 8 weken)
  • toename spiervezelvolume (pas na 8 tot 10 weken)
  • toename ATP, CP en Glycogeen (glucose wat dient als energie opslag) 

Slide 11 - Tekstslide

Invloed van krachttraining: Welke doelen kun je hebben bij krachttraining?

Slide 12 - Open vraag

Wat is krachttraining?
A
Verhogen van conditie
B
Vergroten van uithoudingsvermogen
C
Een kleinere belasting dan hij/zij gewend is
D
Het maximaal herhalen van een submaximale weerstand

Slide 13 - Quizvraag

Binnen hoeveel weken verbetert de coördinatie?
A
8 weken
B
10 weken
C
12 weken
D
2 maanden

Slide 14 - Quizvraag

Wanneer neemt het spiervolume toe?
A
Na 4 weken
B
Na 8 weken
C
Na 6 weken
D
Na 10 weken

Slide 15 - Quizvraag

Van welk energiesysteem maakt een sprinter gebruik bij de start (explosieve kracht)
A
Melkzuursysteem
B
Zuurstofsysteem
C
Fosfaatsysteem
D
Resynthese

Slide 16 - Quizvraag

Van welk energiesysteem maakt een marathonloper gebruik?
A
Fosfaatsysteem
B
Melkzuursysteem
C
Zuurstofsysteem
D
Kracht/uithoudingsvermogen

Slide 17 - Quizvraag

Zonder brandstof kan het menselijk lichaam niet werken.
 ATP is de energieleverende stof die er voor zorgt dat wij onze spieren kunnen samentrekken. Afhankelijk van de intensiteit en de duur van de activiteit (training/wedstrijd) wordt ATP aangemaakt door Koolhydraten, vetten en heel soms eiwitten. Voeding speelt dus ook een belangrijke rol in het geheel.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Supercompensatie door:
  1. Rusten
  2. Hersteltraining
  3. Andere trainingsvorm
  4. Voeding
  5. Massage
  6. Sauna

Slide 20 - Tekstslide

Invloed op de hoogte van de supercompensatie

  • Getraindheid van de sporter
  • Intensiteit van de training

Iedere sporter is anders!

Slide 21 - Tekstslide

Welk trainingsprincipe wordt hier uitgebeeld?
A
Overload
B
Supercompensatie
C
Duurzaamheid
D
Verminderde meeropbrengst

Slide 22 - Quizvraag

De herstelperiode voor supercompensatie ligt voor de eerste trainingen tussen de
A
1-2 dagen
B
2-3 dagen
C
3-4 dagen
D
5-6 dagen voor volledig herstel

Slide 23 - Quizvraag


Wat is een voordeel van spierpijn?
A
Dan weet je dat je teveel hebt gedaan
B
Door supercompensatie wordt je sterker
C
Je wordt er lekker moe van
D
Je kunt er goed van slapen

Slide 24 - Quizvraag

Set de fases van de supercompensatie in de juiste volgorde:
1
2
3
4
Training
Herstel
Supercompensatie
Daling tot begin niveau

Slide 25 - Sleepvraag

Je kan na 8 weken 20 km hardlopen. Vervolgens ga je veel intervallen doen waarbij je dus veel minder ver loopt. Volgens welke trainingsprincipe moet je niet vergeten af en toe weer 20 km te gaan lopen?
A
supercompensatie
B
specificiteit
C
reversibiliteit
D
overload

Slide 26 - Quizvraag

Huiswerk: Bekijk deze filmpjes en maak een beweginsanalyse

https://www.allesoversport.nl/thema/gezonde-leefstijl/bewegen-voor-je-brein/
https://www.youtube.com/watch?v=C0cLOQm51vM


Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide