TV 14.1 - Samenstellingen en schrijfopdracht

Samenstellingen en schrijfopdracht 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Samenstellingen en schrijfopdracht 

Slide 1 - Tekstslide

Lezen in je leesboek
Leg je gemaakte huiswerk zichtbaar op tafel
STIL!!!


Zorg dat je vanaf vandaag ALTIJD een leuk leesboek bij je hebt. Dat mag een boek uit de mediatheek zijn, maar ook een boek van thuis. 

Slide 2 - Tekstslide

Dictee

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
opdracht 7 tot en met 9 op pagina 57.

Opdracht 10
 




Slide 4 - Tekstslide

Tips voor een goede tekst
- Neem iemand in je gedachte voor wie je de tekst schrijft; 
- Zeg het belangrijkste wat je te vertellen hebt als eerste; 
- Vraag je na elke zin af of je lezer het nog snapt en welke vragen hij zou kunnen hebben; 
- Beantwoord deze vragen; 
- Spreek elke zin in je hoofd uit; zo hoor je of hij goed klinkt.  

Slide 5 - Tekstslide

Hoe ga je te werk?
- Ga eerst op zoek naar een geschikt onderwerp; 
- Bedenk wat er zo geweldig/vervelend aan dat onderwerp is; 
- Maak hiervan een woordweb; 
- Schrijf naar aanleiding hiervan een kladtekst; 
- Voeg bijvoeglijke naamwoorden toe; 
- Schrijf de tekst in het net. 

Slide 6 - Tekstslide

Aan het werk
Jullie krijgen een kwartier de tijd om te werken aan de opdracht. 
- Begin met het kiezen van je onderwerp; 
- Maak vervolgens een woordweb;
- Maak daarna een eerste versie van je beoordeling; 
-  Aanstaande vrijdag moet de definitieve versie worden ingeleverd. 
timer
15:00

Slide 7 - Tekstslide

Lesdoelen
Als het goed is weet je aan het eind van de les:
- wat we onder een samenstelling verstaan; 
- welke onderdelen samen een samenstelling kunnen vormen; 
- waar je in je schrijfopdracht aan moet voldoen.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Samenstellingen
Een samenstelling is een woord dat is opgebouwd uit twee of meer woorden. Voor het vormen van samenstellingen moeten we rekening houden met een aantal regels. Hier bespreken we er twee van.

Slide 10 - Tekstslide

Aaneenschrijven
Je schrijft samengestelde woorden aan elkaar als er sprake is van één begrip, waarbij je bij het uitspreken maar één lettergreep beklemtoont.

Ook samengestelde woorden en samenstellingen die afgeleid zijn van werkwoorden schrijf je aan elkaar.

Slide 11 - Tekstslide

Tussenletters in samenstellingen
Sommige woorden sluiten niet heel direct op elkaar aan. Daarom
is het nodig om er een -e, een -s of -en tussen te plaatsen.

Als er een -s tussen de delen wordt geplaatst, hoor je dat. 

Als dat niet zo is doordat het tweede deel van de samenstelling met een s-klank begint, vervang je dit woord door een woord zonder -s.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Aan het werk
Werk nu aan opdracht 1 tot en met 4 op pagina 58 en 59. 

Slide 14 - Tekstslide

Voorlezen
Ik lees verder uit 'Test'

Slide 15 - Tekstslide