sociaal zekerheidsrecht les 11 - tw en wazo 2023

tw en wazo 2023
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
RechtenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

tw en wazo 2023

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

toeslagenwet

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toeslagenwet 
We gaan oefenen met de toeslagenwet

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de toeslagenwet?
A
volksverzekering
B
werknemersverzekering
C
sociale voorziening

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie voert de toeslagenwet uit?
A
SVB
B
UWV
C
Gemeente
D
Belastingdienst

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke toeslag wordt niet door de belastingdienst uitgevoerd?
A
zorgtoeslag
B
huurtoeslag
C
toeslag op WW
D
kindgebonden budget

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarop kan je geen aanvulling krijgen vanuit de toeslagenwet?
A
WW-uitkering
B
Zw-uitkering
C
loondoorbetaling bij ziekte door wg
D
ANW-uitkering

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Peter (25 jaar) is alleenstaande en heeft een inkomen van onder het minimumloon aan WIA-uitkering. Heeft hij recht op een toeslag?

Slide 12 - Open vraag

ja, 16, 57 p/d want sociaal minimum - br.ink= toeslag p.289
Wat hebben we vorige les gedaan

  • We zijn de vorige keer geëindigd met de WIA en de Tw
  • We gaan dus eerst nog eens de WIA en TW oefenen en daarna de Wazo

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anne was op 1 december 2010 gaan werken, en werd op 15 maart 2015 ziek. Doordat zij na 104 weken nog steeds 70% arbeidsongeschikt is, heeft zij op 15 maart 2017 recht op een WGA-uitkering.
Wat voor soort uitkering zal zij ontvangen: loongerelateerd, loonaanvullend of een vervolguitkering? Motiveer je antwoord.

Slide 14 - Open vraag

Anne voldoet dus zonder meer aan de referte-eis: wekeneis, maar ook aan de jareneis.
Dan heeft zij recht op een loongerelateerde uitkering van 7 jaar.

Daarna is het de vraag of zij de resterende verdiencapaciteit kan verdienen of minstens de helft daarvan. Dan krijgt ze een loonaanvullings uitkering en anders wordt het een vervolguitkering.

Haar jaarinkomen was € 12.000,00. Wat wordt de hoogte van haar maand-uitkering?
Leg uit hoe je aan dit antwoord komt.

Slide 15 - Open vraag

Zij heeft recht op een loongerelateerde uitkering. Dit betekent dat zij de eerste twee maanden 75% krijgt en daarna 70% van haar laatstverdiende loon dat 1200,00 bedraagt. Dus 900,00 of 840,00.
welke uitkering krijgt Anne na haar loongerelateerde uitkering, ervan uitgaande dat ze inmiddels met werk nog 60% van haar resterende verdiencapaciteit benut?
A
loonaanvullingsuitkering
B
vervolguitkering

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Anne verliest haar werk en valt daarom terug op de vervolguitkering. Ze is nog steeds 70% ao. Wat wordt de hoogte van haar uitkering?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Inge (36 jaar) is samenwonend met Mo en heeft een inkomen onder het minimumloon aan ZW-uitkering. Mo verdiend zelf ook en heeft een modaal inkomen. Heeft zij recht op een toeslag?

Slide 18 - Open vraag

nee, want ook kijken naar inkomen van partner!! mo en max ink is 77,24 p/d voor samenwonenden en zij hebben 85, zie p.289
Selma (67 jaar) is samenwonend met Bo en heeft een inkomen onder het minimumloon aan AOW-uitkering. Bo verdient zelf niets. Heeft Selma recht op een TW-toeslag?

Slide 19 - Open vraag

nee, want de toeslagenwet vult de AOW niet aan! zie p183
Wazo

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAZO
we gaan nu oefenen met de WAZO

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie voert de WAZO uit?
A
SVB
B
Gemeente
C
UWV
D
Zorgverzekeraar

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de WAZO?
A
volksververzekering
B
werknemersverzekering
C
sociale voorziening

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel weken is het verlof bij zwangerschap en bevalling voor een vrouw?
A
16
B
10
C
4
D
6

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot hoe lang kan een vrouw maximaal wachten met het opnemen van haar zwangerschapsverlof vóór de uitgerekende dag van haar bevalling?
A
16
B
10
C
6
D
4

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Heb je tijdens het gehele geboorteverlof recht op loondoorbetaling/uitkering? en zo ja van wie krijg je dit en hoeveel is dit?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel weken heb je max recht op langdurend zorgverlof?
A
2 weken
B
6 weken
C
8 weken

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar heb je qua inkomen recht op tijdens het langdurend zorgverlof?
A
100% loondoorbetaling
B
70% loondoorbetaling
C
onbetaald, dus niks

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kun je verlof krijgen ogv de WAZO op je werk als je opa of oma overlijdt en je wilt de begrafenis bijwonen? Zo ja, welk verlof en is dit betaald?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies