werkwoordspelling klas 3/4 tegenwoordige tijd

Een heel fijn schooljaar!!!
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Een heel fijn schooljaar!!!

Slide 1 - Tekstslide



Werkwoord
spelling 
(TT)

Slide 2 - Tekstslide

Deze les leer je de ww-
spelling in de TT
- hoe vind je de PV?
                                - Welke regels moet je toepassen?

Slide 3 - Tekstslide

Noem 3 manieren waarop je de persoonsvorm kan vinden

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Alle kinderen vinden de persoonsvorm in deze zin.
De persoonsvorm is:
A
kinderen
B
vinden
C
persoonsvorm
D
deze

Slide 7 - Quizvraag

De jongste dochter was op vakantie met het vliegtuig.

A
De persoonsvorm is dochter
B
De persoonsvorm is was
C
De persoonsvorm is vakantie
D
De persoonsvorm is het

Slide 8 - Quizvraag

Spelling van de pv

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Spelling - PV tt
  • Je gebruikt de stam van het werkwoord (=inf - -en) om de ik-vorm te maken. De klank van de ik-vorm moet hetzelfde zijn als die van de inf. 
                     inf = lopen (de klank is oo)
                     stam = lop (want: lopen - en = lop)
                     ik-vorm = loop (want de klank moet hetzelfde blijven als de inf)
  • Met de ik-vorm kun je de jij/u/hij/zij/het-vorm maken: ik-vorm + t
  • Uitzondering: je of jij achter de pv ('je' alléén als je het kunt vervangen door 'jij') --> je schrijft dan de ik-vorm. 

Slide 11 - Tekstslide

Het gebeuren (tt) regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt
D
gebeurdde

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

Slide 15 - Link

Geleerd:
Je kunt de pv vinden
Je kent de regel voor het spellen van de pv

Slide 16 - Tekstslide

verwerking
Leer de theorie en maak de opdrachten uit deze LU

Slide 17 - Tekstslide