Le passé composé= voltooide tijd
Deze maak je meestal met het werkwoord avoir= hebben + een voltooid deelwoord= r weghalen, streepje op de e; é
j'ai chanté= ik heb gezongen
tu as chanté=jij hebt gezongen
il,elle,on a chanté= hij,zij,men heeft gezongen
nous avons chanté=wij hebben gezongen
vous avez chanté= jullie hebben gezongen
ils ont chanté= zij hebben gezongen