Thema 5 blok 1 deel 1

Lesdoelen:
Aan het einde van de les weet je de verschillen tussen een stad en een dorp.

Aan het einde van les weet je de functies van een stad.

Aan het eind van de les weet je wat een agglomeratie is.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
mens en maatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lesdoelen:
Aan het einde van de les weet je de verschillen tussen een stad en een dorp.

Aan het einde van les weet je de functies van een stad.

Aan het eind van de les weet je wat een agglomeratie is.

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een nederzetting?

Slide 2 - Woordweb

Nederzettingen
We noemen nederzettingen ook wel een dorp of een stad.
Neder= laag
Zetting= plaats

Maar wat is nu het verschil tussen een dorp of een stad?

Opdracht: Bedenk 3 verschillen tussen een dorp en een stad.
................................................................................................................

Slide 3 - Tekstslide

Dorp                                          Stad

Slide 4 - Tekstslide

Verschillen: Dorp
1.Kleine plaats met paar duizend inwoners.

2.Voorzieningen:
- Basisschool
- sportveld
- paar winkels voor dagelijkse boodschappen
Verschillen: Stad
1. Grote plaats met veel inwoners
Functie: wonen, werken, winkelen, verkeer en recreatie.

2. Voor elke functie is een voorziening: Warenhuis, ziekenhuis, stadion 

Slide 5 - Tekstslide

Voorzieningen
Noem voor elke functie van een stad een passende voorziening?
Wonen:
Werken:
Winkelen:
Verkeer:
Recreatie:

Slide 6 - Tekstslide

Thuis
De grootte van een stad of dorp wordt gemeten door het aantal mensen die in die plaats wonen.
--> Waar ligt de grens? 

Waar voel jij je thuis? Is dit in huis, in je buurt, woonwijk?

Slide 7 - Tekstslide

Thuis
Wat is kenmerk van een buurt? Of van jou thuis? 

Slide 8 - Tekstslide

Van klein naar groot
Huis
straat: meerdere huizen.
buurt: meerdere straten.
Woonwijk: meerdere buurten.

In een straat, buurt of woonwijk maken mensen van dezelfde voorzieningen gebruik.
In een buurt lijken de huizen op elkaar. groot of klein, goedkoop of duur

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Is Eindhoven een agglomeratie?
Welke dorpen zijn tegen Eindhoven aan gegroeid?

Kijk op google maps naar Eindhoven en benoem welke dorpen tegen Eindhoven zijn gegroeid.

Slide 11 - Tekstslide

agglomeratie 
son en breugel& Veldhoven?
Tongelre
Woensel
Stratum

Slide 12 - Tekstslide

Huiswerk:
Maken:
Thema 5, blok 1, opdracht: 1,2,4,5

Slide 13 - Tekstslide