Schrijf een
tussen - e in de volgende gevallen:
- Het eerste deel heeft alleen een meervoud op –s: parade – parades, paradepaard.
- Het eerste deel heeft twee meervouden: groente – groenten/groentes, groentesoep
- Het eerste deel heeft geen meervoud: tarwe – tarwemeel
- Het eerste deel verwijs naar een uniek exemplaar (maar één van): maneschijn, Koninginnedag, maar koninginnenkroon.
- Het eerste deel is geen zelfstandig naamwoord: rijkelui, goedenacht, dwingeland
- Het woord wordt niet meer als samenstelling gezien: apetrots, schattebout, maar apenrots