Les 4, D grammaire 2HV(18-09)

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Ga zitten volgens de plattegrond en leg je werkboek, aantekeningenschrift en etui alvast op tafel.

Raam

Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.

Ga lezen in je Nederlands boek of ga verder met je woordzoeker van vorige week (woordzoeker af? ga lezen)

Aujourd'hui, c'est mercredi

H2B,A2A

Le programme:

- Korte overhoring leerwerk

- D, grammaire passé composé  + onregelmatige werkwoorden

Les buts (leerdoelen):

- Aan het einde van de les kun je de passé composé gebruiken + de onregelmatige vormen

Est-ce que tout le monde est présent?

- Zijn we compleet? Wie missen we?

Woensdag 25 september = SO ch.1

- vocabulaire A+B FR-NL & NL-FR

- phrases-clés C FR-NL & NL-FR

- grammaire D passé composé

Kleine overhoring:

Wat? De woorden die op het bord komen te staan ga je vertalen.

Op welke manier? Je werkt alleen in totale stilte. Weet je een woord niet? Sla 'm over. Hierna gaan we het nakijken.

Vertaal de woorden:

1) la rentrée

2) met de auto

3) blijven

4) le pays

5) de ontdekking

6) in / naar België

7) il a plu

8) il pleut

9) het weer, de tijd

Kijk je werk na met een andere kleur:

1) la rentrée de eerste schooldag

2) met de auto en voiture

3) blijven rester

4) le pays het land

5) de ontdekking la découverte

6) in / naar België en Belgique

7) il a plu het heeft geregend

8) il pleut het regent

9) het weer, de tijd le temps

Hoe ging dit?

Hoeveel had je er goed?

D, grammaire 

Quoi? Ouvre le livre à la page 32

D, grammaire 

De passé composé (voltooid tegenwoordige tijd)

Wat weet je nog over de passé composé? Hoe maak je het?

Wat is het verschil?

Je mange une pomme

J'ai mangé une pomme

Uitlegvideo 1 - passé composé

Vorm van avoir + voltooid deelwoord 

werkwoord op -er = é

parler -> parlé

donner -> donné

danser -> dansé

Basisregel

Aantekening deel 1:

Open je aantekeningenschrift en schrijf mee.

Even oefenen...

Koppel je laptop met de LessonUp

Maak de passé composé:
tu donnes

Maak de passé composé:
vous regardez

Maak de passé composé
on danse

Uitlegvideo 2 - passé composé met onregelmatige werkwoorden

Aantekening deel 2

Open je aantekeningenschrift en schrijf mee.

Even oefenen....

Welke vorm van de passé composé is juist?
zij heeft gemaakt

1. elle a fait
2. elle a fairé
3. elle a faire

Welke vorm van de passé composé is juist?
zij hebben gehad

1. ils ont avoir
2. ils ont eu
3. ils avez eu

Maak de passé composé met 'faire'
Elle ...... ..........

Maak de passé composé met 'être'
nous ...... ..........

Questions?

Au travail:

Quoi (wat)? Exercice 16BCDE, 17ABC

Comment (hoe)? In stilte voor jezelf 

Questions? Steek je vinger op.

Temps (tijd)? Tot het einde van de les

Prêt (klaar)? Leren voor SO van 25 september (zie Magister)

Les devoirs (huiswerk):

- Faire:  ex. 16BCDE, 17ABC

- Apprendre: phrases-clés C + aantekening grammaire D