9.4 Bloed- en orgaandonatie (deel B)

Bloed- en orgaandonatie 
Deel B
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Bloed- en orgaandonatie 
Deel B

Slide 1 - Tekstslide

9.4 Bloed- en orgaandonatie

Bloedonderdelen
Bloedgroepen
Bloedgroepbepaling
Resusfactor
Resusziekte
Orgaandonatie
Criteria

Je beschrijft welke onderdelen van bloed in een situatie gegeven kunnen worden.

Je legt uit in welke situaties bloed bij een transfusie gaat klonteren.

Je legt welke problemen de resusfactor kan veroorzaken bij zwangerschap.

Je legt uit hoe afstoting kan worden voorkomen bij een orgaantransplantatie.

Slide 2 - Tekstslide

https://www.youtube.com/watch?v=c6txwjL2K2g

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Welk antigeen is/ welke antigenen zijn lichaamsvreemd voor iemand met bloedgroep B?
A
Antigeen A
B
Antigeen B
C
Antigeen A en B
D
Geen

Slide 5 - Quizvraag

iemand met bloedgroep AB heeft
A
antigeen A
B
antigeen B
C
antigeen A en antigeen B
D
geen antigenen

Slide 6 - Quizvraag

Welke bloedgroep(en) heeft/hebben de antigenen B
A
Bloedgroep A
B
Bloedgroep B
C
Bloedgroep AB
D
Bloedgroep O

Slide 7 - Quizvraag

Het paarse rondje stelt antigeen B voor. Bij welke rode bloedcel(len) kun je antistof A terugvinden?
A
1
B
2
C
4
D
1 en 4

Slide 8 - Quizvraag

Hepatitis B is een leverontsteking die ontstaat door een infectie met een virus. De ziekte wordt vooral overgedragen via bloed en door seksueel contact. Door bloedonderzoek kan vastgesteld worden of iemand besmet is met het hepatitis B virus. Bij dit onderzoek kunnen zowel antigenen van het virus als antistoffen ertegen in het bloed aangetoond worden. Uit zo’n bloedonderzoek blijkt dat iemand is besmet met het hepatitis B virus. Enkele weken later wordt zijn bloed weer onderzocht. Uit dit tweede onderzoek blijkt dat het virus niet meer in het bloed aanwezig is.​


Welke stoffen zijn bij het tweede onderzoek in het bloed aangetroffen?
A
alleen de antigenen
B
alleen de antistoffen
C
zowel de antigenen als de antistoffen

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Maak de opdrachten van 9.4

Slide 14 - Tekstslide