spelling H1 en 2 - herhaling

Spelling H1 en 2
Herhaling naar aanleiding van de oefentoets.

Doelen:
- Je weet wanneer je een komma moet gebruiken;
- Je kunt werkwoorden juist spellen;
- Je herkent een samengestelde zin en weet hoe deze is opgebouwd. 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Spelling H1 en 2
Herhaling naar aanleiding van de oefentoets.

Doelen:
- Je weet wanneer je een komma moet gebruiken;
- Je kunt werkwoorden juist spellen;
- Je herkent een samengestelde zin en weet hoe deze is opgebouwd. 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 1
(Niemand had deze goed...)
Wanneer gebruik je een komma?

Wat zegt de methode hierover?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een zin met daarin een opsomming. Gebruik de leestekens op de juiste manier.

Slide 4 - Open vraag

Ik houd van pannenkoeken, pizza en patat. 

Mijn moeder riep: "Ruim je jas, tas en muts op!"
Maak een zin met daarin een voegwoord. Gebruik de leestekens op de juiste manier.

Slide 5 - Open vraag

Ik trek handschoenen aan, omdat het erg koud is.

Mijn zus geeft een feest, want ze is geslaagd. 

 


Oefenen met leestekens
H1 - taalverzorging - leestekens 
Maakte je de opdrachten? 
Goede manier om te oefenen voor de toets.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoordspelling
Dit blijft lastig...

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ontdek je de persoonsvorm(en) in een zin?

Slide 9 - Open vraag

Je zet de zin in een andere tijd.

Andere optie is om van enkelvoud meervoud te maken of andersom. 

Wat zijn de persoonsvormen in deze zin? 
Morgen ga ik naar de kapper of koop ik nieuwe kleren. 

Slide 10 - Open vraag

Andere tijd:
Gisteren ging ik naar de kapper of  ik kocht nieuwe kleren.

Meervoud:
Morgen gaan we naar de kapper of kopen we nieuwe kleren.




Je ontdekte wat de persoonsvormen waren. Wat zijn in de tegenwoordige tijd nu de mogelijkheden?

Slide 11 - Open vraag

ik-vorm 
ik-vorm + t
wij-vorm

Wanneer gebruik je 't ex-fokschaap? 

Slide 12 - Open vraag

Die gebruik je alleen bij de persoonsvorm in de verleden tijd en bij het voltooid deelwoord.
Alleen als je twijfelt!


Wat zegt de methode hierover?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Doordat onze schuur volledig ... (afbranden), is mijn fiets ook ... (verbranden).
Noteer de antwoorden met een komma ertussen.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Oefenstof: H1 en 2 - werkwoordspelling

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe herken je een samengestelde zin?

Slide 16 - Open vraag

In een samengesteld zin staan meerdere persoonsvormen
Vraag 7
Welke zin is een samengestelde zin?
1. Elke zaterdagochtend trekt Scot samen met Javier 25 baantjes in het zwembad.
2. Iedereen die de steropdracht afheeft, mag wat voor zichzelf gaan doen.
3. Zal de nieuwe animatiefilm van Disney in de Nederlandse bioscopen alle records breken?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dus, welke zin is een samengestelde zin?
A
Na de spannende wedstrijd van gisteren stond ik uren onder de douche.
B
Zal het bekroonde boek van Lala Gül nu meer gelezen gaan worden?
C
In de vakantie besteed ik mijn tijd graag aan lezen, wandelen en dansen.
D
Iedereen die die crackers heeft gekocht, wordt verzocht ze terug te brengen.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Oefenstof H2:
werkwoordspelling: zinnen met meerdere persoonsvormen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 8 
Welke uitspraak is waar?

- De woordvolgorde in een samengestelde zin hangt af van het verbindingswoord.

- Bij de verbindingswoorden ‘als’ en ‘omdat’ staan de persoonsvormen en onderwerpen naast elkaar.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De woordvolgorde in een samengestelde zin hangt af van het verbindingswoord.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij de verbindingswoorden ‘als’ en ‘omdat’ staan de persoonsvormen en onderwerpen naast elkaar.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een samengestelde zin die begint met het voegwoord 'omdat'.

Slide 24 - Open vraag

Omdat mijn stiefzoon corona heeft, zit ik nu thuis in quarantaine. 

Dus de persoonsvorm en het onderwerp staan niet naast elkaar!
Oefenstof H2:
Woordvolgorde in samengestelde zinnen
Tekst

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit leerde ik tijdens deze LessonUp:

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Met deze lesstof ga ik nog aan de slag:

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies