MVT Vakdidactiek 2 week1.3 - hoofdstuk 3 receptieve vaardigheden HW

Vakdidactiek 2 Lesson 3
Luisteren en lezen, hoe werkt dat?


1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijswetenschappenWOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Vakdidactiek 2 Lesson 3
Luisteren en lezen, hoe werkt dat?


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doeltaal = voertaal
Bekijk het filmpje (tot ong 2.30) en schrijf op: 
Welke technieken gebruikt deze docent om de doeltaal te kunnen gebruiken?

Slide 2 - Tekstslide

Herformuleren van een vraag in andere woorden.
Veel herhaling (in vraag)
Herhaling van het antwoord
Spreektempo aanpassen
Differentiatie (betere lln langer gesprek, moeilijker onderwerp)
Noteer een techniek die je hebt waargenomen

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Na deze les kun je:
  • uitleggen wat het belang is van een conceptueel kader bij de vaardigheden lezen en luisteren
  • de begrippen weergeven, samenvatten en interpreteren uitleggen, herkennen en toepassen
  •   het doel van een lees- of luisteropdracht benoemen 
  • drie verschillen noemen tussen lezen en luisteren 
  • de moeilijkheidsgraad van een lees-luisteropdracht beïnvloeden m.b.v. oefenparameters. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Test je kennis over hfd. 3
De volgende vragen gaan over hoofdstuk 3.
Bij onduidelijkheid, opnieuw lezen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je ziet een bord met het woord
"bladdepot" erop maar begrijpt het
niet.
Welke informatie ontbreekt?
A
De talige context
B
De situatieve context
C
De interpretatie

Slide 6 - Quizvraag

als het om een bord gaat: dit staat/hangt meestal op een plek die duidelijk maakt waar het om gaat (situatieve context). Het woord zelf zou natuurlijk in een tekst/verhaal gebruikt kunnen worden waar de talige context duidelijk maakt wat de betekenis is.
De situatieve context
 De omgeving maakt duidelijk wat een woord betekent.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je leest een artikel in de krant. Welke verwerkingsproces wordt hier meestal toegepast?
A
Top-down
B
Bottom-up
C
Top-down en bottom-up
D
geen verwerkingsproces

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het verwerkingsproces
Als je een artikel leest, werkt het verwerkingsproces van klein naar groot (bottom-up) samen met het betekeniszoekende proces van bovenaf (top-down). Wel zal de ene lezer meer top-down (globaal) en de andere lezer meer bottom-up (woord voor woord) lezen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verwerkingsproces
Audio fragment blz 58
kennis van de wereld + situatieve context + talige context
betekenis
tekst
zin 
woord
klank of letter

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitwisseling:
Je hebt een leerling die langzaam en bottom-up leest: geef een leestip. 

Je hebt een leerling die vooral snel en top-down leest: geef een leestip. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Bestudeer de tabel op bl. 63. 
Links: de 2 natuurlijke manieren waarop je een tekst kunt benaderen. 
Boven: de manieren waarop het begrip verwerkt kan worden (dmv handelingen; zie onderaan).
Door de manier van verwerken (bijv. meerkeuze vragen gericht op zoekend lezen/luisteren) beïnvloedt de docent vaak de manier van lezen/luisteren
Natuurlijk proces: zoekend of structurerend?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

welk soort teksten leent zich vooral voor structurerend luisteren:
A
bericht op station over vertragingen
B
interview over nieuwe film
C
weerbericht op radio
D
SLB bijeenkomst met praktische info

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je wilt een vakantiehuisje boeken en je kijkt op de site van een camping naar de prijzen. Met welk soort lezen ben je bezig?
A
structurerend
B
zoekend (selectief)

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zoekend / selectief lezen
structurend / samenvattend lezen
verhaal over vakantie
website van mobiele telefoons
email van de bank
recensie van Netflix serie
weerbericht

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Weergeven, samenvatten, interpreteren


Slide 17 - Tekstslide

Bestudeer de tabel op bl. 63. Links: de 2 natuurlijke manieren waarop je een tekst kunt benaderen. Boven: de manieren waarop het begrip verwerkt kan worden (dmv handelingen; zie onderaan).
Bij de receptieve vaardigheden is het belangrijk om de leerling te laten weten wat van ze verwacht wordt. 
Je kunt vragen om ze een lees of luistertekst te weergeven, samenvatten of interpreteren. 

Weergeven = opnieuw in woorden zeggen (vaak (min of meer) letterlijk in de tekst)
Samenvatten = de hoofdzaken / bijzaken onderscheiden
Interpreteren= een betekenis geven aan de woordenstroom (vaak meer "buiten" de tekst)
Je hebt een leuke film gezien. Je vertelt nu aan iemand waar de film over gaat. Je bent bezig met:
A
weergeven
B
samenvatten
C
interpreteren
D
A, B en C

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jouw VMBO klas moet twee brieven vergelijken en aangeven welke formeel is en welke informeel. Zijn de leerlingen bezig met weergeven, samenvatten of interpreteren?
A
weergeven
B
samenvatten
C
interpreteren

Slide 19 - Quizvraag

Zie ook schema in boek. 
Verschillen luisteren en lezen 
  • Luisteren is een lineair proces
  • Het schriftbeeld is overzichtelijker dan het klankbeeld
  • Luisteren gaat in een tempo dat door de spreker bepaald wordt

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is lastiger om les te geven: lees- of luistervaardigheid?
Leesvaardigheid
Luister-vaardigheid

Slide 21 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Als je bedenkt dat een mens een beperkt werkgeheugen heeft, dan is misschien het minst geschikt bij een luistertekst...
A
weergeven
B
samenvatten
C
interpreteren

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lees/luisterdoel
Tempo
van te voren bedenken de leerlingen welke woorden bij dit thema horen
ipv meerkeuze vragen, de leerlingen vragen naar " wie praten en waar zijn ze"?
van te voren een filmpje bekijken over dit onderwerp
een tutorial tussentijds stoppen en tussendoor vragen stellen over vervolg
inhoudelijke moeilijkheidsgraad
talige moelijkheidsgraad

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht Oefenparameters
Kies een lees- of luistertekst uit de leergang waar je mee werkt. (NB: voor een luistertekst is audio of een transcript nodig)
en pas de parameters aan. 
(Zie werkblad)

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is het leerdoel van (de opdracht bij) de tekst? (zie werkblad)

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Nog vragen?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Volgende Week 
Herhaal, verwerk/bestudeer de stof van deze week + 
lees Hfst. 8 Leesvaardigheid

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies