2021 Vakdidactiek 2 lesweek 3.3 receptieve vaardigheden

Vakdidactiek 2 Lesweek 3.3
Luisteren en lezen, hoe werkt dat?


1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijswetenschappenWOHBOBeroepsopleidingStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Vakdidactiek 2 Lesweek 3.3
Luisteren en lezen, hoe werkt dat?


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

             nu of al gehad:

Wat zou je doen / gedaan hebben als er geen Corona was?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na deze les kun je:
  • uitleggen wat het belang is van een conceptueel kader bij de vaardigheden lezen en luisteren
  • de begrippen weergeven, samenvatten en interpreteren uitleggen, herkennen en toepassen
  •  het doel van een lees- of luisteropdracht benoemen 
  • drie verschillen noemen tussen lezen en luisteren 
  • de moeilijkheidsgraad van een lees-luisteropdracht beïnvloeden m.b.v. oefenparameters. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Test je kennis over hfd. 3
De volgende vragen gaan over hoofdstuk 3.
Bij onduidelijkheid, opnieuw lezen.
(of vragen stellen in de chat)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

receptieve vaardigheden
  • tekst = geschreven of gesproken
  • heeft een boodschap
  • bestaat uit woorden

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je ziet een bord met het woord
"bladdepot" erop maar begrijpt het niet.
Welke informatie ontbreekt?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Je ziet een bord met het woord
"bladdepot" erop maar begrijpt het
niet.
Welke informatie ontbreekt vooral?
A
De talige context
B
De situatieve context
C
De interpretatie
D
punctuatie

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De situatieve context
 De omgeving maakt duidelijk wat een woord betekent.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hoe lezen of luisteren mensen?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je leest een artikel in de krant. Welke verwerkingsproces wordt hier toegepast?
A
Top-down
B
Bottom-up
C
Top-down en bottom-up
D
geen verwerkingsproces

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het verwerkingsproces
Als je een artikel leest, werkt het verwerkingsproces van klein naar groot (bottom-up) samen met het betekeniszoekende proces van bovenaf (top-down)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je wil een nieuwe telefoon kopen en je leest daarom een folder van een winkel. Met welke soort lezen ben je bezig?
A
structurerend
B
selectief/zoekend

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je de hoofdgedachte van een tekst/verhaal moet aangeven, ben je bezig met:
A
weergeven
B
samenvatten
C
interpreteren
D
A, B en C

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Betekenis geven is begrijpen
Noch bij luisteren noch bij lezen registreer je alle klanken, toch kun je er als luisteraar betekenis aan geven.
"Daweekeikooknie"
"Paak zeffel"

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat (welke oefenparameter) zou je kunnen doen om een luistertekst makkelijker te maken?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Duidelijk?
Als je de begrippen nog niet goed genoeg kent, lees hoofdstuk 3 opnieuw. 

Wij beginnen nu met de verdiepingsopdrachten.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conceptueel Kader
Bestaat uit:
  • Jouw kennis van de wereld
  • Jouw kennis van de situatieve context waarin je je bevindt
  • Jouw kennis van wat er net al gezegd is. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verwerkingsproces
Audio fragment blz 58
kennis van de wereld + situatieve context + talige context
betekenis
tekst
zin 
woord
klank of letter

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een leerling in jouw klas is al snel klaar met lezen maar kan vragen over de tekst niet beantwoorden. Is dit een een voorbeeld van top-down of bottom-up lezen?
A
Top-down
B
Bottom-up

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling leest top-down.
Welke advies zou je de leerling geven om de tekst beter te begrijpen?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Weergeven, samenvatten, interpreteren (blz62)


Slide 23 - Tekstslide

Bestudeer het tabel op bl. 63.
Bij de receptieve vaardigheden is het belangrijk om de leerling te laten weten wat van ze verwacht wordt. 
Je kunt vragen om ze een lees of luistertekst te weergeven, samenvatten of interpreteren. 

Weergeven = opnieuw in woorden zeggen
Samenvatten = de hoofdzaken / bijzaken onderscheiden

Interpreteren+ een betekenis geven aan de woordenstroom
Jouw VMBO klas moeten twee brieven vergelijken en aangeven welke formeel is en welke informeel. Zijn de bezig met weergeven, samenvatten of interpreteren. Leg uit.
A
weergeven
B
samenvatten
C
interpreteren

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verschillen luisteren en lezen 
  • Luisteren is een lineair proces
  • Het schriftbeeld is overzichtelijker
  • Luisteren gaat in een tempo dat door de spreker bepaald wordt

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is moeilijker om te onderwijzen, Lezen of luisteren? Noem 3 redenen.

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

verwerking: zie ook #OO
1. Kies: A of B
A. een lees- of luistertekst uit de leergang waar je mee werkt. (NB: voor een luistertekst is audio of een transcript nodig)
B. een leestekst aangeboden door docent.
2. Lees de tekst door en een bepaal voor elke parameter hoe je die zou kunnen aanpassen; geef ook aan of je hierdoor de tekst moeilijker (+) of gemakkelijker (-) maakt.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vervolg:
  • (her)lees hoofdstuk 3
  • doe de verwerking
  • stel eventuele vragen in de chat op Teams
  • verder met bestuderen: hoofdstuk 8

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies