Observeren

'Observeren kun je leren'
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

'Observeren kun je leren'

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?

- Terugblik vorige les
- Oefening observeren
- Thema observeren bespreken
- Aan de slag
- Vooruitblik
- Uitchecken

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we leren vandaag?

- Je weet dat bewust waarnemen belangrijk is.

- Je kent het stappenplan van observeren.

- Je weet welke methode bij een vraagstelling     past.

- Je begrijpt dat rapporteren invloed heeft op  
   de kwaliteit van je werk.

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wat zagen jullie op de afbeelding?

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Link

Nauwkeurig kijken

- Bewust en doelgericht
- Je kiest wat je ziet
- Projectie
- Zonder oordeel

Slide 9 - Tekstslide

Observeren in 8 stappen
1. Schrijf op wat je gaat observeren.
2. Schrijf achtergrondgegevens op.
3. Schrijf de vraagstelling op.
4. Kies de observatiemethode.
5. Voer de observatie uit.
6. Orden de gegevens.
7. Geef antwoord op de vraagstelling.
8. Rapporteer.

https://canvas.summacollege.nl/files/2627566/download?download_frd=1 

Slide 10 - Tekstslide

Observatiemethode 
Kwantitatief
- Tijdsteekproefobservatie
- Checklistmethode
- Categorieënmethode


Observatiemethode 
Kwalitatief
- Logboekmethode
- Intervalobservatie

Slide 11 - Tekstslide

Rapporteren
- Observatieverslag
- Kindvolgsysteem
- 'Heen-en-weer-schriftje'

Slide 12 - Tekstslide

Als je wilt weten hoe vaak Josje (3) haar boterhammen niet op eet tijdens het middageten, kies je voor een
A
Kwalitatieve observatie
B
Kwantitatieve observatie

Slide 13 - Quizvraag

Bij een intervalobservatie:
A
Observeer je het gedrag van een kind in specifieke situaties, zoals eetmomenten
B
Observeer je het gedrag van een kind op verschillende momenten.

Slide 14 - Quizvraag

Aan de slag!
In groepjes van 4 gaan jullie een casus bespreken en bepalen:
- Waarom ga je observeren?
- Wat ga je observeren?
- Wat is hierbij je vraagstelling?
- Kwantitatief of kwalitatief?

Slide 15 - Tekstslide

Casus 1
Het valt je op dat Sam (3 jaar) vaak alleen speelt. Terwijl andere kinderen in de groep spelen samen in de poppenhoek of zijn buiten aan het voetballen, bouwt Sam in zijn eentje een toren. Hij lijkt tevreden, maar reageert niet op de uitnodigingen van andere kinderen om mee te doen. 

Slide 16 - Tekstslide

Casus 2
Het valt je op dat Ella (4) snel boos wordt. Als iets niet gaat zoals zij wil, gaat zij op de grond liggen of schreeuwen. Als ze blij is, toont ze dit ook uitbundig door rond te rennen en te lachen. Ella's stemmingen kunnen snel veranderen.

Slide 17 - Tekstslide

Casus 3
Het valt je op dat Finn (2,5 jaar) wat moeite lijkt te hebben met zijn fijne motoriek. Hij heeft het lastig met het vastpakken van kleine voorwerpen, zoals kralen, en lijkt gefrustreerd te raken als het niet meteen lukt.

Slide 18 - Tekstslide

Casus 4
Het valt je op dat Jackie (3) vaak ruzies heeft met andere kindjes en dat zij dan de andere kindjes ook gaat slaan.

Slide 19 - Tekstslide

Vooruitblik
- H5 'Als het anders gaat' uit het boek Didactiek, communicatie en organisatie

Slide 20 - Tekstslide

Wat ging er goed en hoe verlaat je de les?

Slide 21 - Tekstslide