9.1 D zww en hww

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 1

9.1 D zww en hww

1 Planning en agenda

2 Quizje over huiswerk

3 Nabespreken 9.1 C

4 Zww en hww 9.1 D uitleg/samen beginnen

[e-mail]

5 Zelfstandig werken

6 5vs5?

7 Afsluiten met plenda

Welkom!

Je herkent:

• het zelfstandig werkwoord (zww)
  
• het hulpwerkwoord (hww)
  

‘Jouw’ is een persoonlijk voornaamwoord, 'jou' is een bezittelijk voornaamwoord.

1. Waar
2. Niet waar

'Jullie' kan een persoonlijk en een bezittelijk voornaamwoord zijn

1. waar
2. niet waar

'Je' kan persoonlijk voornaamwoord zijn, maar ook bezittelijk voornaamwoord.

1. waar
2. niet waar

Kom je na de vakantie bij mij eten?
voorzetsel/voorzetsels =

1. na
2. bij
3. na, bij
4. mij

Voorzetsels
Wat is geen voorzetsel?

1. Tijdens - voor
2. of - en
3. op - sinds
4. tussen - naast

Zijn de onderstaande woordjes persoonlijke of bezittelijke voornaamwoorden?

Sleep elk woord hieronder naar het goede antwoord.

persoonlijk voornaamwoord

bezittelijk voornaamwoord

hen

ik

jij

jou

jouw

mijn

onze

wij

uw

De jongens tegen de meisjes!

• Maak een lijstje van je top vijf ...?
  

• Lijstje klaar? Geef het dan aan mij!

inloggen.learnbeat.nl

inloggen.learnbeat.nl

Wat?	Maak de vragen van 9.1 D
Hoe?	Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw. Je kunt mij ook om hulp vragen.
Hulp	Vraag je buurman of -vrouw. Je kunt mij ook om hulp vragen.
Tijd	Totdat ik plots in mijn handen klap
Klaar?	Laat maar even weten! (9.1 E)

Zelfstandig  werken

De jongens tegen de meisjes!

• Maak een lijstje van je top vijf ...?
  

• Lijstje klaar? Geef het dan aan mij!

Agenda - Plenda

Huiswerk:

Maak de vragen van 9.1 D


.

Je herkent:

• voorzetsels
• persoonlijk voornaamwoorden
• bezittelijk voornaamwoorden