'Pro-poor growth'/basisbehoeftenbenadering → empowerment armen(sociale- en politiek participatie) (ideeën World Bank) → sleutel? → alleen i.c.m. 'enabling environment' → multidimensionale aanpak (foto)
Zelfbevestiging belangrijker dan prestaties (McClelland) Westen = individuele prestatiedrang → toch prestatiedrang in niet-westerse landen (= voor het collectief) → navolging is niet perse de beste route (zie NIC's met 'self help'/community development) (actief inzetten voor de gemeenschap)
Elk land moet doen waar die het beste/goedkoopste in is
Specialisatie per land + vrijhandel = goed voor iedereen
John Maynard Keynes
Voorstander van overheidsingrijpen
Anti-cyclisch begrotingspolitiek
Investeren in een crisis en bezuinigen bij EC groei
Doel: werkgelegenheid creëren
Slide 10 - Tekstslide
Specialisatie
Overheids-ingrijpen
Comperatieve kosten voordeel
Slide 11 - Sleepvraag
Pijler 3: ontwikkeling door hulp
Slide 12 - Tekstslide
Twee hoofdvormen voor hulp
1. Ontwikkelingshulp
Economisch zelfstandig maken
Verdieping in hoorcollege 6 (laatste college)
2. Kapitaalinjecties
Hoop op 'Trickle down' effect (= langzaam aan worden de armen bereikt) → Het principe van Hirschman
Dit werkt niet: ze worden niet bereikt
Wel binnenlandse EC groei, maar juist een stijging van sociale ongelijkheid
Gunnar Myrdall ziet een groeiende 'centrum' t.k.v. 'periferie'
Twee effecten:
Spread effects (= gebieden met grote winstverwachting worden opgezocht. De periferie profiteerd van economische ontwikkeling in het centrum. --> meer vraag naar landbouwproducten + stedelingen sturen geld naar familie op het platteland )
Backwash effects (= gebieden met een geringe winstverwachting worden gemeden --> kapitaal, grondstoffen en werknemers komen in steden terecht)
De bestanden staan ook in 'Casus Chocolade-industrie'
Kijk kritisch naar auteurs: wie vertegenwoordigen ze?
Welk beeld heb jij nu van 'fair trade'?
Slide 17 - Tekstslide
EC groei d.m.v. industriële ontwikkeling
Rostow
5 fases
Uitgangspunt = ontwikkelingslanden nemen min of meer ook de weg van het industrieel kapitalisme
Belangrijke kanttekening: zijn de condities voor ontwikkeling in de niet-westerse wereld vergelijkbaar met die van rijke landen vroeger? → Vaak niet, soms wel zoals de NIC's
Slide 18 - Tekstslide
Ontwikkeling vanuit de externe omgeving bekeken...
d
Centrum-periferie theorie
"Onderontwikkeling = gevolg van de ongelijkwaardige, asymmetrische, politieke en economische mutaties tussen centrum en periferie"
Friedman spreekt over een 'quasi-koloniale mutatie' als het binnen een land gebeurd.
Steden (= centrum) zuigen grondstoffen, arbeiders en kapitaal uit de omliggende gebieden (= periferie)
Dit systeem bestaat op alle wereldniveaus.
Dependencia-theorie
Onderscheid zich van de 'centrum-periferie' door:
Grote aandacht voor de historisch gegroeide relaties tussen arme & rijke landen.
Geënt op de situatie in Latijns-Amerika
Verklaart onderontwikkeling in L-A door:
Europese koloniale exploitatie (16e-18e eeuw)die, na de onafhankelijkheid (19e eeuw) werd gevolgd door overheersing door het Westers industrieel kapitalisme (eerst Britten, daarna N-A)
Gevolgen: 'surplus value' → surplus periferie (L-A) naar centrum (N-A)
surplus = kapitaalvlucht naar het buitenland, rentebetalingen op buitenlandse schulden en ongelijke ruil grondstoffen vs industriële producten
Het kapitalisme wordt afgewezen als middel tot ontwikkeling
Wat wel? revolutie vanuit de periferie in socialistische zin (kapitaal + productiebeslissingen in handen van de gemeenschap)
Self-reliance ( zelfvoorzienend) (Ralph Emerson)
Minder afhankelijk van het buitenland → richten op binnenlandse markt